Tabel 2. Functies van de Adaptive Keys (vervolg)
Adaptive Keys
Functies
Schakelt naar de locatie van de beeldschermuitgang tussen het computerbeeldscherm en een
extern beeldscherm na tikken op het pictogram en door één van de volgende opties te selecteren:
• Alleen computerbeeldscherm
• Computerbeeldscherm en externe monitor (zelfde beeld)
• Computerbeeldscherm en externe monitor (functie Extended Desktop)
• Alleen externe monitor
Meer informatie vindt u in "Presentaties en multimedia" op pagina 48.
Hiermee bedient u de achtergrondverlichting van het toetsenbord.
Tik op het pictogram om door de volgende instellingen voor de achtergrondverlichting van het
toetsenbord te bladeren:
• Normaal: Hiermee schakelt u de achtergrondverlichting van het toetsenbord op het lage
helderheidsniveau in.
• Helder: Hiermee schakelt u de achtergrondverlichting van het toetsenbord op het hoge
helderheidsniveau in.
• Uit: Hiermee schakelt u de achtergrondverlichting van het toetsenbord uit.
Hiermee opent u het venster Instellingen voor Adaptive Keyboard.
Meer informatie vindt u in "De Adaptive Keys instellen" op pagina 33.
Hiermee draait u het scherm rechtsom. Elke keer dat u op het pictogram tikt, wordt het scherm
90 graden gedraaid.
• Hiermee opent u de vooraf gedefinieerde cloudtoepassing, zoals gedefinieerd in de
cloudinstellingen, wanneer u op het pictogram tikt.
• Hiermee opent u het scherm Cloudinstellingen wanneer u op het pictogram tikt en het pictogram
ongeveer twee seconden ingedrukt houdt.
Opmerking: Wanneer u voor het eerst op het pictogram tikt, verschijnt standaard het scherm
Cloudinstellingen. Op het scherm Cloudinstellingen kunt u de cloudservice selecteren. De
volgende keer dat u op het pictogram tikt, wordt de geselecteerde cloudtoepassing geopend.
Raadpleeg de instructies op het scherm Cloudinstellingen voor meer informatie.
• Hiermee schakelt u de spraakherkenningfunctie in of uit wanneer u op het pictogram tikt. Met de
spraakherkenningfunctie kunt u bepaalde toepassingen met uw stem bedienen en tekst dicteren.
Als de spraakherkenningfunctie ingeschakeld is, gaat de groene spraakherkenningindicator
branden. Om de spraakherkenningfunctie uit te schakelen, tikt u opnieuw op het pictogram.
Opmerking: De spraakherkenningssoftware wordt in bepaalde systeemtalen ondersteund.
Als de systeemtaal de spraakherkenningsfunctie niet ondersteunt, verschijnt er nadat u op
het pictogram tikt een bericht met de melding dat de software niet door de computer wordt
ondersteund.
• Hiermee opent u het scherm Spraakherkenning wanneer u op het pictogram tikt en het
pictogram ongeveer twee seconden ingedrukt houdt.
Meer informatie vindt u op het scherm Spraakherkenning. Instructies over spraakopdrachten vindt
u op de poster Installatiegidsdie bij uw computer wordt meegeleverd.
• Hiermee schakelt u de camerabewegingsfunctie in of uit wanneer u op het pictogram tikt. U kunt
camerabewegingen gebruiken om in plaats van met het toetsenbord of de muis met eenvoudige
handgebaren bepaalde taken uit te voeren.
.
Hoofdstuk 2
De computer gebruiken
31