Tabel 7. Opties in het menu Security (vervolg)
Menu-item
Submenu-item
Anti-Theft
Intel AT Module
Activation
Intel AT Suspend
Computrace
Secure Boot
Secure Boot
Platform Mode
Secure Boot Mode
Reset to Setup Mode
Restore Factory Keys
Waarde
Opmerkingen
• Disabled
Hiermee maakt u het de UEFI BIOS-interface
al dan niet mogelijk de Intel AT-module in
• Enabled
of uit te schakelen. Dit is een optionele
• Permanently
antidiefstalservice van Intel.
Disabled
Opmerking: Als u de activering van de Intel
AT-module instelt op Permanently Disabled,
is het niet meer mogelijk om deze instelling
later nog te activeren.
• Enter
Deze optie verschijnt alleen, wanneer de
antidiefstalfunctie is geactiveerd.
Het scherm Intel Opschorting antidiefstal
wordt weergeven wanneer er de volgende
keer wordt opgestart, om naar de
opschortmodus te gaan.
• Disabled
Schakel de UEFI BIOS-interface in
of uit om de computrace-module te
• Enabled
activeren. Computrace is een optionele
• Permanently
bewakingsservice van Absolute Software.
Disabled
Opmerking: Als u de activering van de
computrace-module instelt op Permanently
Disabled, is het niet meer mogelijk om deze
instelling later nog te activeren.
• Disabled
Hiermee kunt u de functie UEFI Secure
Boot in- of uitschakelen. Selecteer
• Enabled
Enabled om te voorkomen dat onbevoegde
besturingssystemen tijdens het opstarten
worden uitgevoerd. Selecteer Disabled om
besturingssystemen toe te staan tijdens het
opstarten te worden uitgevoerd.
• Setup Mode
Hiermee geeft u de modus van het
besturingssysteem op.
• User Mode
• Standard Mode
Hiermee kunt u de modus Secure Boot
specificeren.
• Custom Mode
Met deze optie kunt u de huidige
platformsleutel wissen en het systeem in
de Setup Mode zetten. U kunt uw eigen
platformsleutel installeren en de Secure
Boot-handtekeningendatabase in de Setup
Mode aanpassen.
De modus Secure Boot wordt ingesteld op
Custom Mode.
Met deze optie kunt u alle sleutels en
certificaten in de Secure Boot-databases
terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
Eventuele aangepaste Secure
Boot-instellingen worden gewist en de
standaardplatformsleutel wordt samen met
de oorspronkelijke handtekeningendatabase,
.
Hoofdstuk 8
Geavanceerde configuratie
111