6. NORMALE RIJMETHODE
(1) DE MOTOR STARTEN
Start de motor zoals beschreven in hoofdstuk 5.
WAARSCHUWING!
Houd uw vinger weg van de startknop direct nadat de motor gestart is
om schade aan de motor te voorkomen.
De achterremhevel dient ingeduwd te zijn voordat u gaat rijden.
Houd de achterremhevel ingeknepen en duw dan de scooter
(2) DE MIDDENSTANDAARD OPKLAPPEN
naar voren. De middenstandaard klapt nu automatisch op.
LET OP!
Nadat de motor is gestart en voordat u wegrijdt, dient u de gashendel
nooit open te draaien om het toerental van de motor op te voeren.
22