EN
INSTALLATIE
DEMONTAGE EN TERUGPLAATSING VAN DE VOOR- EN BOVEN- PANELEN
FR
Voorwaarden
•
Stroomtoevoer onderbroken
Demontageprocedure
Voorpaneel (boven):
NL
1.
Draai twee schroeven (1) los, één links en één rechts. Bewaar de schroef, zodat u ze achteraf kunt terug-
plaatsen.
2.
Trek de onderkant van het paneel voorzichtig naar u toe en hef het voorpaneel vervolgens om-
hoog, tot de twee pinnen los komen uit de montagegleuven aan de bovenkant van de ketel.
Voorpaneel (beneden):
ES
1.
Draai twee schroeven (2) los, één links en één rechts. Bewaar de schroef, zodat u ze achteraf kunt
terugplaatsen.
2.
Trek de bovenkant van het paneel voor-
zichtig naar u toe en hef het voorpaneel
vervolgens omhoog, tot de twee pin-
IT
nen los komen uit de montagegleuven
aan de onderkant van de ketel.
Bovenpaneel
1.
Draai zeven schroeven los.
DE
2.
Neem de bovenpaneel af.
Terugplaatsingsprocedure
Bovenpaneel
1.
Plaats het bovenpaneel op de juiste
PL
plaats terug op de ketel.
2.
Monteer en draai zseven schroeven
vast.
Voorpanelen
RU
1.
Plaats het paneel in de juiste positie,
zorg ervoor dat de pinnen in de daar-
voor bestemde gleuven zitten. Druk
het paneel dan aan, tot dat een "klik" te
horen is.
2.
Monteer en draai twee schroeven (2)
vast.
Taken achteraf
Niet van toepassing
nl
36
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR DE GASAANSLUITING
Belangrijke instructies voor de veiligheid
•
De gasaansluiting moet in overeenstemming met de geldende lokale voorschriften
en normen uitgevoerd worden, en dat het gas circuit is uitgerust met een gasdruk
regelaar .
•
De gasbranders zijn in de fabriek ingesteld voor aardgas [gelijkwaardig met G20].
•
De omzetting van aardgas naar propaan of omgekeerd is niet toegelaten in
bepaalde landen waaronder België. Raadpleeg de tabel met gascategorieën, in
de technische kenmerken van dit handleiding.
•
De regeling van de CO
gastoevoer worden in de fabriek ingesteld en mogen in België niet worden
gewijzigd, behalve voor ketels van type I 2E(R)B.
•
De instelling van de "OFFSET" van de gasklep gebeurt in de fabriek en wordt
verzegeld. Deze mag niet worden gewijzigd.
1
HeatMaster® 25 - 35 - 45 - 70 - 85 TC
2
Belangrijke instructies voor een correcte werking van de installatie
•
Raadpleeg de technische kenmerken van deze handleiding of de handleiding van
de brander om de aansluitdiameter te kennen.
•
Ontlucht de gasleiding en controleer zorgvuldig de dichtheid van alle leidingen
van de ketel, zowel intern als extern.
•
Controleer de gasdruk van de installatie. Verwijzen naar de technische gegevens
in het hoofdstuk "Technische kenmerken".
•
Controleer de elektrische aansluiting van de ketel, de ventilatie van de
stookruimte, de dichting van de rookgasafvoerkanalen en de dichting van de
vuurhaarddeur.
•
Controleer de gasdruk en gasverbruik op het opstarten van het toestel.
•
Controleer de CO
en de technische gegevens).
HeatMaster 25 - 35 - 45 - 70 - 85 - 120 TC: A1003477 - 664Y6900 • D
, het gasverbruik, het luchtverbruik en de lucht- en
2
A
HeatMaster® 120 TC
instelling van de ketel (verwijzen naar de instellingsprocedure
2