4. Programmeren
4
3-42 Ramp 1 uitlooptijd
Range:
*
3 s
4-11 Motorsnelh. lage begr. [RPM]
Range:
Afhan-
kelijk
van
groot-
*
te
4-12 Motorsnelh. lage begr. [Hz]
Range:
Afhan-
kelijk
van
groot-
*
te
4-13 Motorsnelh. hoge begr. [RPM]
Range:
Afhan-
kelijk
76
Functie:
[1-3600 s]
Voer de uitlooptijd in, d.w.z. de tijd die nodig is om te vertragen
van de nominale motorsnelheid n
de uitlooptijd zo in dat er in de inverter geen overspanning ont-
staat als gevolg van de generatorwerking van de motor en de
opgewekte stroom de ingestelde stroomgrens in par. 4-18 niet
overschrijdt. Zie aanlooptijd in par. 3-41.
par.
.3 − 42 =
Functie:
[0-60.000 tpm]
Stel de lage begrenzing voor de motorsnelheid in. De Motors-
nelh. lage begr. kan worden ingesteld op de door de fabrikant
aanbevolen minimale motorsnelheid. De Motorsnelh. lage begr.
mag de instelling in par. 4-13
overschrijden.
Functie:
[0-1000 Hz]
Stel de lage begrenzing voor de motorsnelheid in. De lage be-
grenzing voor de motorsnelheid kan worden ingesteld overeen-
komstig de minimale uitgangsfrequentie van de motoras. De
lage begrenzing van de motorsnelheid mag niet hoger zijn dan
de instelling in par. 4-14
Functie:
[0-60.000 tpm]
Voer de hoge begrenzing voor de motorsnelheid in. De Motors-
nelh. hoge begr. kan worden ingesteld op de door de fabrikant
aanbevolen maximale nominale motorsnelheid. De Motorsnelh.
MG.11.F1.10 – VLT
M,N
t
n
par.
×
dec
norm
ref tpm
Δ
Motorsnelh. hoge begr. [RPM]
Motorsnelh. hoge begr. [Hz]
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
HVAC Drive High Power
Bedieningshandleiding
(par. 1-25) tot 0 tpm. Stel
.1 − 25
s
niet
.