Hermontage - Gietmembranen
WAARSCHUWING
U reduceert het risico op ernstig letsel, inclusief
amputatie, door uw vingers of hand niet tussen
het luchtdeksel en het membraan te plaatsen.
1. Installeer de U-pakkingen (402) van de as zodat
de lipjes naar buitenuit de behuizing (1) wijzen.
Zie Afb. 13.
2. Monteer de plaat aan de luchtzijde (104) op het
membraan (403). De brede, afgeronde zijde van
de plaat moet naar het membraan zijn gericht.
Breng middelsterke (blauwe) Loctite of een soortgelijk
middel aan op het schroefdraad van het membraan.
Schroef de eenheid met de hand vast in de as (24).
3. Smeer de lengte en de uiteinden van de
membraanas (24) in. Schuif de as-membraansectie
in een zijde van de pomp. Draai het vloeistofdeksel
(101) en het pomphuis (1) zo, dat de pijl (A)
dezelfde kant op wijst als de luchtklep. Draai de
dekselschroeven (107 en 108) met de hand vast.
4. Draai de langere schroeven (108) kruislings en
gelijkmatig aan met 21- 25 N•m, met een dopsleutel
van 13mm. Draai dan de kortere schroeven (107)
aan. Zie Aantrekvolgorde op pagina 33.
Onderhoud
5. Zet de andere membraansectie op de membraanas
zoals beschreven bij stap 2. Dit membraan wordt
op dit punt van het luchtdeksel afgetild.
6. Voer lucht met lage druk naar de pomp (minder dan
0,5 bar [0,05 MPa; 7 psi]). Het membraan zal heel
langzaam naar het luchtdeksel toe bewegen.
Zoek de druk waarmee het membraan dicht genoeg
bij is om deze met schroeven vast te zetten,
maar niet in contact komt met de stuurpen.
OPMERKING: Vervorm het membraan niet handmatig.
Het membraan vereist, voor maximale levensduur,
een gelijkmatige druk om op de juiste manier
te vervormen.
7. Draai het vloeistofdeksel (101) en het pomphuis (1)
zo, dat de pijl (A) dezelfde kant op wijst als
de luchtklep. Zet het deksel handvast met twee
van de langere schroeven (108).
OPMERKING: Als het membraan in contact komt met
de stuurpen en van het luchtdeksel af moet, moet u stap 5
nogmaals proberen. Indien nodig, keert u terug naar stap 3.
8. Draai de langere schroeven (108) kruislings en
gelijkmatig aan met 21- 25 N•m, met een dopsleutel
van 13 mm. Draai dan de kortere schroeven (107)
aan. Zie Aantrekvolgorde op pagina 33.
9. Zet de kogelkleppen en aansluitingen weer in elkaar
zoals staat beschreven op pagina 20.
3A3598 23