– de trainingsbovengrens,
– de trainingsondergrens en
– de leeftijd en het geslacht.
Als de hartslaggrenswaarden direct zijn ingevoerd, wisselt de weergave alleen tussen trainings-
boven- en trainingsondergrens.
• Als de alarmfunctie voor de hartslag is uitgeschakeld‚ verschijnt "---" en "oF" op de display.
• Druk op de start/stop-toets om de alarmfunctie voor de hartslag in- of uit te schakelen.
Bij een geactiveerde alarmfunctie worden tijdens de hartslagmeting de volgende alarmen geactiveerd:
• Hartfrequentie ligt binnen de ingestelde trainingszone:
• Hartfrequentie ligt boven de ingestelde trainingszone:
• Hartfrequentie ligt onder de ingestelde trainingszone:
hartslagmeter piept één keer.
h artslagmeter piept twee keer, "H" en
bereikte hartfrequentie knippert.
h artslagmeter piept twee keer, "L" en
bereikte hartfrequentie knippert.
12