2.2 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker
2.2.1 Algemene veiligheidsvoorschriften
2.2.1.1 Houd uw werkomgeving schoon. Een rommelige werkomgeving leidt tot ongelukken.
2.2.1.2 Houd onbevoegden uit de buurt van het werkgebied.
2.2.1.3 Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen. Draag geschikte werkkleding. Draag geen loszittende
kleding of sieraden. Ze kunnen verstrikt raken in bewegende delen. Het gebruik van
handschoenen
en stevige schoenen met stalen neuzen wordt aanbevolen.
2.2.1.4 Gebruik, bij het inzetten van pneumatische aandrijving, voor bescherming van de ogen een
veiligheidsbril.
2.2.1.5
Vermijd rare houdingen. Zorg dat u stevig staat en uw evenwicht behoudt.
2.2.1.6
Onderhoud het toestel zorgvuldig. Houd het toestel schoon en de boren en de frezen scherp. Om
beter en veiliger te kunnen werken, volg de onderhoudsinstructies en gebruikshandleiding over het
verwisselen van het gereedschap.
2.2.1.7 Wees alert. Wees voorzichtig met wat u doet. Gebruik uw gezond verstand tijdens het werk.
Gebruik het blazenzetapparaat niet, indien u afgeleid bent.
2.2.1.8 Controleer het blazenzetapparaat op eventuele beschadigingen. Alvorens het blazenzetapparaat te
gebruiken, moeten beschadigde onderdelen zorgvuldig onderzocht worden op conditie en
functioneren. Controleer of de bewegende delen goed functioneren en niet klemmen en/of
beschadigd zijn. Alle onderdelen moeten correct gemonteerd zijn en voldoen aan alle voorwaarde
2.2.1.9
Attentie! Voor uw eigen veiligheid dient u uitsluitend accessoires en hulpstukken te gebruiken die
zijn opgegeven in de gebruikshandleiding of door fabrikant aanbevolen of gespecificeerd worden.
Het gebruik van andere dan in de handleiding of de catalogus voorgeschreven gereedschap of
accessoires kan leiden tot een persoonlijk letsel.
2.2.2
Basis Veiligheid
2.2.2.1
Beschikbaar stellen van informatie:
Deze instructie dient bewaard te worden bij het blazenzetapparaat. Het moet zo zijn dat alle
personen die werkzaamheden aan/met het blazenzetapparaat moeten uitvoeren te allen tijde de
gebruikshandleiding kunnen inzien. In aanvulling op de handleiding en gebruiksaanwijzing dient
men zich ook te houden aan de voorschriften van de Arbijdsomstandighedenwet.
2.2.2.2
Alvorens te beginnen dient men vertrouwd te zijn met:
- het blazenzetapparaat
- de te nemen maatregelen bij een noodgeval
Voor elke start moeten de volgende handelingen uitgevoerd worden:
- controleer het blazenzetapparaat op zichtbare schade, gebreken dienen onmiddellijk hersteld
te worden. Het blazenzetapparaat mag alleen in perfecte staat gebruikt worden.
- Controleer en zorg ervoor dat alleen geautoriseerde personen werkzaam zijn ter plaatse van
het blazenzetapparaat en dat niemand anders risico loopt door gebruik van het
blazenzetapparaat.
- Alle objecten en andere materialen die niet nodig zijn voor het gebruik van het
blazenzetapparaat moeten worden verwijderd van de werkplek.
P a g i n a
| 8