Continu fotograferen (seriestand)
Continu fotograferen (seriestand)
Leg beweging vast in een serie foto's.
1
Druk op de DRIVE-knop om de driveopties
weer te geven. Druk de instelschijf omhoog
of omlaag om I (CONTINU) te markeren en
zullen de hieronder getoonde opties worden
weergegeven.
2
Druk de instelschijf naar rechts of
links om beeldsnelheden van circa
6.0 b/s (beelden per seconde) en
3.0 b/s te kiezen. Druk op MENU/OK om verder te
gaan wanneer de instellingen zijn voltooid.
3
Houd de sluiterknop half ingedrukt
om scherp te stellen.
58
4
Druk de ontspanknop volledig in
om foto's te maken. Het fotograferen
stopt pas als de ontspanknop wordt
losgelaten, als het geselecteerde
aantal foto's werd gemaakt, of als het
geheugen vol is.
R De scherpstelling en belichting worden bepaald bij de
eerste foto in iedere serie. De fl itsers gaan automatisch
uit; de eerder geselecteerde fl itsmodus wordt
weer geselecteerd wanneer seriefotografi e wordt
uitgeschakeld.
R De beeldsnelheid varieert afhankelijk van de sluitertijd
en kan traag zijn als er meer foto's worden gemaakt.
R Er is mogelijk extra tijd vereist om foto's te maken
wanneer de opname eindigt.
R Als de bestandsnummering 999 bereikt voordat het
fotograferen is voltooid, worden de resterende foto's
opgeslagen in een nieuwe map (P 89).
R In sommige drivestanden kan het voorkomen dat de
opname niet begint als er onvoldoende beschikbare
ruimte is op de geheugenkaart.