5 Installatie
▶
Houd een afstand tussen de uiteinden van de luchtka-
nalen om verkeerde luchtaanzuiging door recirculatie te
vermijden.
–
Afstand: ≥ 0,5 m
5.1.1.2 Gedeeltelijk leidingsysteem installeren
1
1
Buiten
De warme lucht wordt in de kamer weggenomen, de koude
lucht wordt naar buiten afgegeven.
Deze installatie gebruikte de warmte van een kamer zonder
deze af te koelen.
–
Ruimtehoogte opstelplaats: ≥ 2,00 m
–
Ruimtevolume opstelplaats: ≥ 20 m³
▶
Vermijd een onderdruk in de opstelruimte om ervoor te
zorgen dat de lucht uit omliggende verwarmde kamers
niet wordt aangezogen.
▶
Controleer of de bestaande ventilaties de onttrokken
luchthoeveelheid kunnen compenseren.
–
Luchthoeveelheid: ≤ 450 m³/h
▶
Pas de ventilaties eventueel aan.
5.1.1.3 Zonder leidingsysteem installeren
1
1
Buiten
14
2
2
Binnen (verwarmd of
niet verwarmd)
2
2
Binnen (verwarmd of
niet verwarmd)
De lucht wordt in dezelfde kamer weggenomen en afge-
voerd.
Deze installatie gebruikt de warmte van een kamer en geeft
de koudere en drogere koude lucht weer aan de kamer af.
–
Ruimtehoogte opstelplaats: ≥ 2,20 m
–
Ruimtevolume opstelplaats: ≥ 20 m³
Aanwijzing
Ook bij buitentemperaturen boven 0 °C bestaat
gevaar voor vorst in de opstelruimte.
5.2
Wateraansluitingen installeren
5.2.1
Hydraulische installatie
1.
Om mogelijke lekkages te voorkomen, mag u het kunst-
stofbinnendeel in de hydraulische aansluitingen niet
verwijderen.
2.
Gebruik platte afdichtingen.
5.2.2
Warmwaterboiler (300/2) aansluiten
Geldigheid: Magna Aqua 300/2
2
1
1.
Gebruik voor de aansluiting van de watervoerende lei-
dingen alleen diëlektrische aansluitingen (zelf te monte-
ren).
2.
Sluit de koudwaterleiding aan (1).
3.
Sluit de warmwateraanvoer (2) aan.
4.
Voer een dichtheidscontrole van alle aansluitingen uit.
Installatie- en onderhoudshandleiding Magna Aqua 0020216858_01