Netvoeding; Uitgangsvermogen Van De Motor En Motorgegevens; Omgevingscondities - Danfoss VLT AutomationDrive FC 301 Bedieningshandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 301:
- Programmeerhandleiding (282 pagina's) ,
- Handleiding (203 pagina's) ,
- Bedieningshandleiding (98 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Specificaties
8.2 Netvoeding
Netvoeding
Voedingsklemmen (6-puls)
Voedingsklemmen (12-puls)
Voedingsspanning
Voedingsspanning
Voedingsspanning
Voedingsspanning
Lage netspanning/uitval van de netvoeding:
Bij een lage netspanning of uitval van de netvoeding blijft de frequentieregelaar in bedrijf totdat de DC-tussenkringspanning
daalt tot onder het minimale stopniveau. Dit ligt gewoonlijk 15% onder de minimale nominale netspanning van de frequentiere-
gelaar. Bij een netspanning van meer dan 10% onder de minimale nominale netspanning van de frequentieregelaar zijn
opstarten en een volledig koppel waarschijnlijk niet mogelijk.
Voedingsfrequentie
Maximale tijdelijke onbalans tussen netfasen
Werkelijke arbeidsfactor (λ)
Verschuivingsfactor (cos ϕ)
Schakelen aan de netingang L1, L2, L3 (inschakelingen) ≤ 7,5 kW (10 pk)
Schakelen aan de netingang L1, L2, L3 (inschakelingen) 11-75 kW (15-101 pk)
8
8
Schakelen aan de netingang L1, L2, L3 (inschakelingen) ≥ 90 kW (121 pk)
Omgeving volgens EN 60664-1
De eenheid is geschikt voor gebruik in een circuit dat maximaal 100.000 A
8.3 Uitgangsvermogen van de motor en motorgegevens
Motoraansluiting (U, V, W)
Uitgangsspanning
Uitgangsfrequentie
Uitgangsfrequentie in fluxmodus
Schakelen in de uitgang
Aan- en uitlooptijden
1) Afhankelijk van spanning en vermogen.
Koppelkarakteristiek
Startkoppel (constant koppel)
Start-/overbelastingskoppel (variabel koppel)
Stijgtijd van het koppel in flux (voor 5 kHz f
Stijgtijd van het koppel in VVC
1) Het percentage heeft betrekking op het nominale koppel.
8.4 Omgevingscondities
Omgeving
Behuizing
Triltest
Maximale THDv
Max. relatieve vochtigheid
Agressieve omgeving (IEC 60068-2-43) H
Omgevingstemperatuur
Minimale omgevingstemperatuur bij volledig bedrijf
Minimale omgevingstemperatuur bij gereduceerd uitgangsvermogen
Temperatuur tijdens opslag/vervoer
Maximumhoogte boven zeeniveau zonder reductie
44
®
VLT
AutomationDrive FC 301/302
)
sw
+
(onafhankelijk van f
sw
S-test
2
maximaal 50 °C (122 °F) (gemiddelde over 24 uur maximaal 45 °C (113 °F))
1)
1)
Danfoss A/S © 04/2017 Alle rechten voorbehouden.
FC 301: 380-480 V/FC 302: 380-500 V ± 10%
overspanningscategorie III/verontreinigingsgraad 2
symmetrisch en 240/500/600/690 V kan leveren.
rms
maximaal 160% gedurende 60 s
maximaal 110% gedurende 0,5 s
)
IP20/Chassis, IP21/Type 1, IP55/Type 12, IP66/Type 4X
5-93% (IEC 721-3-3; klasse 3K3 (niet-condenserend) tijdens bedrijf )
L1-1, L2-1, L3-1, L1-2, L2-2, L3-2
200-240 V ± 10%
FC 302: 525-600 V ± 10%
FC 302: 525-690 V ± 10%
50/60 Hz ± 5%
3,0% van de nominale netspanning
≥ 0,9 nominaal bij nominale belasting
Dicht bij 1 (> 0,98)
maximaal 2 keer per minuut
maximaal 1 keer per minuut
maximaal 1 keer per 2 minuten
0-100% van de voedingsspanning
0-590 Hz
onbeperkt
0,01-3600 s
1)
, 1 keer/10 min
1)
, 1 keer/10 min
0 °C (32 °F)
-10 °C (14 °F)
-25 tot +65/70 °C (-13 tot +149/158 °F)
1000 m (3280 ft)
L1, L2, L3
1)
0-300 Hz
1 ms
10 ms
1,0 g
10%
klasse Kd
MG33AS10
Advertenties
Inhoudsopgave
