15.3 Gebruik van het ontvochtigingsprogramma
15.3.1 Over het ontvochtigingsprogramma
15.3.2 Gebruik van het ontvochtigingsprogramma
15.4 Luchtstroomrichting instellen
15.4.1 Over de luchtstroomklep
FCAHG71~140HVEB
Split-systeemairconditioners
4P561449-1B – 2021.07
▪
Dit programma dient om de vochtigheid in uw kamer te verminderen met een zo
klein mogelijke temperatuurdaling (minimale kamerkoeling).
▪
De microcomputer bepaalt automatisch de temperatuur en de ventilatorsnelheid
(kan niet worden ingesteld met de gebruikersinterface).
▪
Deze stand is niet mogelijk bij een lage kamertemperatuur (<20°C).
Starten
1 Druk op de AAN/UIT-knop van de gebruikersinterface.
Resultaat: Het bedrijfslampje licht op en het systeem begint te werken.
Stoppen
2 Druk opnieuw op de AAN/UIT-knop van de gebruikersinterface.
Resultaat: Het werkingslampje gaat uit en het systeem stopt.
OPMERKING
Schakel de voeding niet meteen uit nadat de unit is gestopt, maar wacht minstens 5
minuten.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de gebruikersinterface.
In de volgende gevallen wordt de luchtstroomrichting gestuurd door een
microcomputer, en kan zij verschillen van de instelling op het display.
Koelen
▪
Wanneer de kamertemperatuur lager
is dan de ingestelde temperatuur.
▪
Bij continue werking met horizontale luchtstroomrichting.
▪
Tijdens continue werking met neerwaartse luchtstroom bij het koelen met een
aan het plafond opgehangen of aan de wand bevestigde unit, kan de
microcomputer de luchtstroomrichting sturen, en verandert ook de aanduiding
op de gebruikersinterface.
De luchtstroomrichting kan worden ingesteld op één van de volgende manieren:
▪
De stand van de luchtstroomklep wordt automatisch ingesteld.
▪
De gebruiker stelt de luchtstroomrichting in.
Dubbelstroomunits+multi-stroomunits
Verwarmen
▪
Bij het starten.
▪
Als de kamertemperatuur hoger is
dan de ingestelde temperatuur.
▪
Bij het ontdooien.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
15
Bediening
|
65