4.4 Systeemlay-out
FCAHG71~140HVEB
Split-systeemairconditioners
4P561449-1B – 2021.07
In combinatie met R410A-buitenunits
Buitenunits
RZQSG71~140
Binnenvochtigheid
(a)
Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water uit de unit druppelt. Als de
temperatuur of de vochtigheid buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd
worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
Binnenvochtigheid
(a)
Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water uit de unit druppelt. Als de
temperatuur of de vochtigheid buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd
worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
c
a Binnenunit
b Buitenunit
c Gebruikersinterface
d Aangezogen lucht
e Uitgeblazen lucht
f Koelmiddelleiding + verbindingskabel
g Afvoerleiding
h Aardingsbedrading
i Luchtaanzuigfilter en luchtfilter
Buitentemper
–15~46°C droge
atuur
Binnentemper
14~28°C natte bol 10~27°C droge bol
atuur
In combinatie met R32-buitenunits
Koelen
–20~52°C droge bol
17~38°C droge bol
12~28°C natte bol
a
d
f
g
b
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
4
Over de units en opties
|
Koelen
Verwarmen
–15~15,5°C natte
bol
(a)
≤80%
Verwarmen
–20~24°C droge bol
–20~18°C natte bol
10~27°C droge bol
(a)
≤80%
i
e
h
bol
21