Hoofdstuk 5 - Werkplekcontrole
Hoofdstuk 5
Werkplekcontrole
WAARSCHUWING
Breng de machine niet naar de werkplek
voordat u de werkplekcontrole hebt verricht.
• Controleer de omgeving zorgvuldig voordat
u begint te werken. Wees er zeker van dat
volgende gevaren niet aan de orde zijn:
– vlak bij elektriciteitskabels en elektrische
apparatuur
– kanten of gaten
– hellingen
– gladde of bevroren ondergrond
– onvoldoende sterke ondergrond om de
krachten van de hoogwerker te kunnen
weerstaan
– bobbels en obstakels
– stoepranden
– puin
– obstakels in de lucht
– gevaarlijke locaties
– wind- en weersomstandigheden
– aanwezigheid van ongeoorloofde personen
– andere mogelijke onveilige omstandigheden
• Neem eventuele gevaren weg. Wanneer dat
niet kan, breng de hoogwerker dan niet naar de
werkplek.
• U mag de hoogwerker uitsluitend gebruiken op
een stevige, vlakke ondergrond, waar alle vier
wielen gelijkmatig contact kunnen maken met
de grond.
22
NL_SR12C14CJ_DRUK.indd 22
27-02-2009 13:19:10