Onderhoud elektrisch
systeem
Onderhoud van de
interlockschakelaar
Ga als volgt te werk als de schakelaar moet worden
afgesteld of worden vervangen.
1. Controleer of de motor is afgezet, de tractiebediening
is uitgeschakeld en de tractiehendel tegen de aanslag
van de neutraalstand aanzit Figuur 26).
Figuur 26
1. Tractiehendel
2. Aanslag van de
neutraalstand
2. Maak de bevestigingen van de interlockschakelaar
los (Figuur 26).
3. Plaats een afstandsring met een dikte van 0,8 mm
tussen de tractiehendel en de interlockschakelaar
(Figuur 26).
4. Draai de bevestigingen van de interlockschakelaar
vast. Controleer nogmaals de afstand. De
tractiehendel mag niet in contact komen met de
schakelaar.
5. Beweeg de tractiehendel en controleer of er stroom
op de schakelaar staat. Indien nodig moet u de
schakelaar vervangen.
3. Interlockschakelaar
4. Afstand van 0,8 mm
Onderhouden remmen
De service-/parkeerrem
afstellen
Als de service-/parkeerrem slipt tijdens het gebruik,
moet deze worden afgesteld.
1. Zet de service-/parkeerremhendel op UIT.
2. Draai de borgschroef los waarmee de kap van de
V-riem is bevestigd, en draai de kap open.
3. Om de kabel strakker te zetten, moet u de voorste
contramoer op de kabel losdraaien en de achterste
contramoer aandraaien (Figuur 27) totdat een kracht
van 2,3 tot 3,2 kg nodig is om de rem in werking te
stellen. Meet de kracht bij de knop op de hendel.
Stel de rem niet zodanig af dat de remband aanloopt.
1. Tractiekabel
4. Sluit de kap en zet de borging vast.
24
Figuur 27
2. Kabel van
service-/parkeerrem