Sluitertijden
Methode voor lichtmeting
Methode voor
belichtingsregeling
Belichtingscompensatie
Gevoeligheid
Witbalans
Ingebouwde flitser
Flitsbereik
Opnamemodi
Continu-opnamen
Zelfontspanner
15 – 1/2000 sec.
De sluitertijd hangt af van de opnamemodus.
Lange sluitertijden van 1,3 sec. of meer werken met ruisreductie.
Deelmeting, centrumgeoriënteerde gemiddelde meting of spotmeting (midden)
Programmeerbare automatische belichting, automatische belichting met
sluitertijdprioriteit, automatische belichting met diafragmaprioriteit, handmatige
belichtingsregeling
± 2 standen met stappen van 1/3
Automatisch*, ISO 50, ISO 100, ISO 200, ISO 400 of equivalent
* De camera stelt automatisch de optimale snelheid in.
Automatisch, vooraf ingesteld (mogelijke instellingen: daglicht, bewolkt, lamplicht,
tl-licht of tl-licht H) of aangepast
Automatisch*, Aan*, Uit
* Rode-ogenreductie mogelijk
Normaal: 45 cm – 3,5 m (W), 45 cm – 2,2 m (T)
Macro: 30 – 45 cm (W/T) (met automatische ISO-waarde)
Automatisch
Creatieve zone: programmeerbaar, sluitertijdprioriteit, diafragmaprioriteit en
handmatig
Beeldzone: portret, landschap, nacht, snelle sluiter, slow shutter, speciale situatie
(flora, sneeuw, strand, vuurwerk, onderwater, binnen en kinderen & dieren),
StichAssist en film
PowerShot A520: ongeveer 1,9 beelden/sec.
PowerShot A510: ongeveer 2,3 beelden/sec.
(groot/fijn en LCD-scherm uitgeschakeld).
De sluiter wordt na een vertraging van 2 of 10 seconden geactiveerd. U kunt dit
met de aangepaste instellingen opgeven.
Specificaties
141