Methode voor de berekening van "vulhoeveelheid extra koelmiddel"
• Dit product moet het koelmiddel lokaal bijvullen.
Bereken de hoeveelheid koelmiddel die bijgevuld moet wor-
den aan de hand van de volgende punten en noteer de hoe-
veelheid koelmiddel in de onderstaande lijst.
1. De hoeveelheid koelmiddel voor de vloeistofleiding wordt bere-
kend volgens de vloeistofleidingdiameter en de leidinglengte van
het systeem.
(Bereken de vulhoeveelheid extra koelmiddel door af te ronden
naar het cijfer in 0,1 kg.)
2. Stel het totaal vast van elke hoeveelheid leidingdiameter van het
koelmiddel-(1)
3. De hoeveelheid koelmiddel voor de binnenunit van de koeling
wordt berekend op de capaciteit van de aangesloten ombouw
zoals in tabel 1).
1). Bereken het totaal van de capaciteiten van de koelombouw.
2). Bereken het totaal van de capaciteiten van de vriezerombouw.
3). Bereken het totaal van de capaciteiten van de blaasconvector.
4). Bereken de koelmiddelhoeveelheid volgens de totale capaci-
teiten en de onderstaande tabel 1) van elke binnenunit.
4. De hoeveelheid koelmiddel voor elke binnenunit van de aircondi-
tioner wordt berekend op de capaciteit van de aangesloten binne-
nunit zoals in tabel 2).
5. Stel het totaal vast van de hoeveelheid koelmiddel voor elke bin-
nenunit-(2)
6. Stel het totaal vast van de hoeveelheid koelmiddel van tabel (1),
(2) en (3).---(4)
7. Controleer de afdichtingstoestand via het kijkglas op het ogenblik
van het proefdraaien.
Indien het kijkglas nog niet afgedicht werd (omwille van een tekort
aan koelmiddel), vul koelmiddel bij met 0,5 kg.
Opemerking
• De bovenlimiet van de hoeveelheid koelmiddelaanpassing op het
ogenblik van het proefdraaien is 0,1 maal de hoeveelheid koelmiddel
berekend op de capaciteit van de aangesloten binnenunits
(5) ≤ (2) × 0,1
8. Vul de hoeveelheid van bijvulling van koelmiddel in op dit label.---(5)
9. Bereken de hoeveelheid van alle bijvulling van koelmiddel in dit
systeem.---(7)
Koelmiddel
Vloeistoflei-
hoeveelheid
Leidinglengte
ding diameter
per 1m
(mm)
(kg)
φ6,4
0,02
φ9,5
0,06
φ12,7
0,12
φ15,9
0,19
(1) Subtotaal [(a)+(b)+(c)+(d)]
Totale
Binnenunit
capaciteit
(kW)
Koelombouw
Ombouw vriezer
Blaasconvector
Airconditioning unit
(2) Subtotaal [(A)+(B)+(C)+(D)]
(3) Constante hoeveelheid extra vulling
(4) Totale hoeveelheid
bijvulling koelmiddel [(1)+(2)+(3)]
(5) Hoeveelheid bijvulling koelmiddel op
ogenblik van proefdraaien.
(6) Hoeveelheid initiële vulling
(7) Totale hoeveelheid extra bijvulling
[(4)+(5)+(6)]
Nederlands
Totale hoe-
veelheid
(m)
koelmiddel
(kg)
(a)
(b)
(c)
(d)
Hoeveelheid
koelmiddel
(Zie tabel 1
en 2)
(A)
(B)
(C)
(D)
3,5
11,5
Kant binnenunit
Buitenunit
Blaasconvector
Boostereenheid
Tabel 1) Capaciteit en hoeveelheid koelmiddel van de binnenunit
(Ombouw en Blaasconvector)
Totale capaciteit van ombouw
of blaasconvector
(*Opmerking.)
Minder dan 5kW
Van 5kW tot minder dan 10kW
Van 10kW tot minder dan
15kW
Van 15kW tot minder dan
20kW
20kW of meer
Opemerking
1. Geval van ombouw, de capaciteitconditie (verdampingstempera-
tuur)
Koeling
:-10°C
Bevrozen :-35°C
2. Geval van blaasconvector, de capaciteitconditie is 10°C (Td).
Tabel 2) De hoeveelheid koelmiddel van de binnenunit voor aircondi-
tioning
HP
Soorten
binnenunit
Roundflow casettemodel
(FXFQ)
Tweezijdig uitblazend casette-
model (FXCQ)
Ingebouwd in plafond (FXSQ) 0,3 0,6 0,5 1,0 1,0
Inbouwsatellietmodel (FXMQ)
Plafondonderbouwmodel
(FXHQ)
Plafondonderbouwcassette
model (FXUQ)
*Bereken voor elke unit.
Afbeelding 1)
Vol met
Enkele bellen
vloeistof
stromen.
Afdichtingsstaat ( )
Koelombouw
Bevroren
ombouw
Hoeveelheid koelmiddel (kg)
Ombouw
Blaascon-
vector
Koeling
Bevrozen
1,1
1,4
0,6
2,3
3,2
1,2
3,4
5,2
1,7
4,6
2,3
5,9
3,0
2,0 2,5 3,2 4,0 5,0 8,0 10,0
0,5 0,9 0,9 0,9 1,0
0,5 0,7 0,8
1.1
0,5 1,2 1,2 2,1 2,4
0,8
0,9 1,1
Er komen altijd
bellen uit.
Tekort aan koelmiddel
(
)
19