6. Subprogrammatechniek en cycli: Boorcycli
Uitboren 2, CYCLE86
Werkwijze
Bij uitboren 2 vindt na het bereiken van de boordiepte een
georiënteerde spilstop plaats. Vervolgens wordt met ijlgang
naar de geprogrammeerde terugtrekposities en van daaruit
tot aan het terugtrekvlak bewogen.
Deze cyclus kan uitsluitend worden gebruikt wanneer de
voor het boren beoogde spil technisch in staat is om in de
positiegeregelde spilmodus te werken.
Programmering
CYCLE86 (RTP, RFP, SDIS, DP, DPR, DTB, SDIR, RPA,
RPO, RPAP, POSS)
RTP
Terugtrekvlak (absoluut)
RFP
Referentievlak (absoluut)
SDIS
Veiligheidsafstand (zonder voorteken in te voeren)
DP
Eindboordiepte/langgatdiepte/sleufdiepte/kamerdiepte
(absoluut)
DPR
Eindboordiepte/langgatdiepte/sleufdiepte/kamerdiepte
relatief ten opzichte van het referentievlak (zonder voorteken
in te voeren)
DTB
CYCLE82,: Stilstandtijd op eindboordiepte (spanen breken)
Resterende parameters: zie hoofdstuk "Beschrijving van de
parameters"
Bewegingscyclus en parameters in de cyclus Uitboren 2
6-68
SINUMERIK 840D/810D/FM-NC Kurzanleitung Programmierung (PGK) - Ausgabe 10.00.
Z
X
Siemens AG 2000. All rights reserved.
10.00
G 0
G 1
G 4
S P O S
R T P
R F P + S D IS
R F P
D P =
R F P -D P R