Temperatuur- en deuralarm
Dit apparaat is uitgerust met een waar-
schuwingssysteem waarmee wordt
voorkomen dat de temperatuur in de
diepvrieszone ongemerkt stijgt en dat
er teveel energie wordt verbruikt, bijv.
wanneer er een deur te lang openstaat.
Temperatuuralarm
Wanneer de temperatuur in de diep-
vrieszone te veel stijgt, gaat er een
zoemer en beginnen de toets van de
diepvrieszone in het bedieningsveld en
alarmsymbool ; in het display tegelijk
te knipperen.
Of het apparaat een temperatuur te
hoog vindt, is afhankelijk van de inge-
stelde temperatuur.
De temperatuur stijgt te sterk en het
systeem reageert, wanneer:
– u het apparaat inschakelt en de tem-
peratuur die op dat moment in een
temperatuurzone heerst teveel ver-
schilt van de temperatuur die u heeft
ingesteld;
– u levensmiddelen in de diepvrieszo-
ne legt, hersorteert of eruit haalt en
er daarbij te veel warme lucht in de
ruimte stroomt;
– u een vrij grote hoeveelheid verse le-
vensmiddelen invriest;
– de stroom uitgevallen is geweest;
– het apparaat defect is.
Zodra de juiste temperatuur weer is be-
reikt, houdt de zoemer op, gaat alarm-
symbool ; uit en brandt de toets van
de diepvrieszone weer constant.
32
Is de temperatuur vrij lange tijd ho-
ger geweest dan -18°C, controleer
dan of de ingevroren levensmid-
delen geheel of gedeeltelijk zijn ont-
dooid.
Is dat het geval, verbruik deze le-
vensmiddelen dan zo snel mogelijk
of kook of braad ze, alvorens ze op-
nieuw in te vriezen.
Het voortijdig uitschakelen van de
zoemer
Hindert de zoemer u, dan kunt u deze
voortijdig uitschakelen.
^ Tip daarvoor de toets voor het uit-
schakelen van de zoemer bij tempe-
ratuuralarm aan.
De zoemer houdt op.
De toets van de diepvrieszone en
alarmsymbool ; blijven knipperen tot-
dat de juiste temperatuur weer is be-
reikt.