Inhoudsopgave
Advertenties
Probleemoplossing
Probleemoplossing
Problemen en oplossingen
Problemen en oplossingen
■ ■ Voeding en batterij
Voeding en batterij
Probleem
Probleem
De camera kan niet worden
De camera kan niet worden
ingeschakeld.
ingeschakeld.
De batterij raakt snel leeg.
De batterij raakt snel leeg.
De camera wordt plotseling
De camera wordt plotseling
uitgeschakeld.
uitgeschakeld.
136
• • De zoomring (ON/OFF-schakelaar) is niet juist gedraaid:
De zoomring (ON/OFF-schakelaar) is niet juist gedraaid: Draai de zoomring tot
draai nogmaals de zoomring tot het punt tussen
draai nogmaals de zoomring tot het punt tussen 25 25 en en 100
• • De batterij is leeg
De batterij is leeg: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (
: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (P
• • De batterij is niet goed geplaatst
De batterij is niet goed geplaatst: Plaats de batterij nogmaals en in de juiste richting in het com-
partiment (
partiment (P
P 15).
15).
• • De afdekkap van het batterijcompartiment is niet vergrendeld
De afdekkap van het batterijcompartiment is niet vergrendeld: Vergrendel de afdekkap
( ( P
P 15).
15).
• • De netstroomadapter of het DC-koppelstuk zijn niet goed aangesloten
De netstroomadapter of het DC-koppelstuk zijn niet goed aangesloten: Sluit de netstroom-
adapter en het DC-koppelstuk goed aan.
adapter en het DC-koppelstuk goed aan.
• • De batterij is koud
De batterij is koud: Warm de batterijen op in een van uw zakken of op een andere plaats en stop de
: Warm de batterijen op in een van uw zakken of op een andere plaats en stop de
batterijen pas vlak voordat u gaat fotograferen in de camera.
batterijen pas vlak voordat u gaat fotograferen in de camera.
• • Er zit vuil op de polen van de batterij
Er zit vuil op de polen van de batterij: Maak de polen schoon met een zachte, droge doek.
• • o
o HELDERDER LCD
HELDERDER LCD is geselecteerd voor
: Selecteer n
n ENERGIE BESP.
HEER: Selecteer
HEER
ENERGIE BESP. om de batterij minder te belasten (
is gekozen bij A
A SCHERM SET-UP
• • AAN
AAN is gekozen bij
UIT
UIT om de batterijbelasting te verminderen (
om de batterijbelasting te verminderen (P
• • R
R is als opnamestand geselecteerd
is als opnamestand geselecteerd: Selecteer de
( ( P
P 30).
30).
• • F
F SCHERPSTELMODUS
SCHERPSTELMODUS is ingesteld op
teer een andere stand (P
teer een andere stand (
P 62).
• • De batterij is heel vaak opgeladen
De batterij is heel vaak opgeladen: Het einde van de levensduur van de batterij is bereikt. Koop
een nieuwe batterij.
een nieuwe batterij.
• • De batterij is leeg
De batterij is leeg: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (
: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (P
• • De netstroomadapter of het DC-koppelstuk is afgekoppeld
De netstroomadapter of het DC-koppelstuk is afgekoppeld: Sluit de netstroomadapter en het
DC-koppelstuk opnieuw aan.
DC-koppelstuk opnieuw aan.
Oplossing
Oplossing
100 ( (P
: Plaats de batterij nogmaals en in de juiste richting in het com-
: Maak de polen schoon met een zachte, droge doek.
is geselecteerd voor Z
Z STROOMBEHEER
om de batterij minder te belasten (P
SCHERM SET-UP > > MONITOR ZONLICHTFUNCTIE
MONITOR ZONLICHTFUNCTIE: Kies
P 8). 8).
: Selecteer de B
is ingesteld op u
u CONTINU AF
62).
: Het einde van de levensduur van de batterij is bereikt. Koop
Draai de zoomring tot STANDBY
P 20).
20).
: Vergrendel de afdekkap
: Sluit de netstroom-
STROOMBEHEER > > ENERGIE BE-
ENERGIE BE-
P 126).
126).
B -stand om de batterij minder te belasten
-stand om de batterij minder te belasten
CONTINU AF of of x
x VOLGEN
VOLGEN: Selec-
: Sluit de netstroomadapter en het
STANDBY en en
P 13).
13).
: Kies
: Selec-
P 13).
13).
Advertenties
Inhoudsopgave
