Als u het profiel in de standby-modus wilt wijzigen, drukt u op
het profiel dat u wilt activeren en drukt u op OK.
Profielen aanpassen
1. Ga naar het profiel dat u wilt wijzigen en kies
Opties→ Aanpassen. Er verschijnt een lijst met
profielinstellingen.
2. Ga naar de instelling die u wilt wijzigen en druk op
om de opties te openen:
•
Beltoon
- als u de beltoon voor spraakoproepen wilt
instellen, kiest u een beltoon uit de lijst. U kunt elke
toon in de lijst beluisteren voordat u een toon kiest.
Druk op een toets om het geluid te stoppen. Als
gebruik wordt gemaakt van een geheugenkaart zijn
de tonen te herkennen aan het symbool
Beltonen wordt een gedeeld geheugen gebruikt.
pag 25.
U kunt beltonen ook wijzigen in de toepassing Contacten.
beltoon toevoegen voor een contactkaart of -groep' op pag 44.
Opmerking: Als u MIDI-, AMR-, WAV-, MP3- en andere
geluidsbestanden als beltonen wilt gebruiken, moeten deze bestanden zijn
opgeslagen in de map voor digitale geluidsbestanden in de Galerij.
•
Beltoontype
- als u
geleidelijk verhoogd tot het ingestelde niveau.
Oplopend
kiest, wordt het volume van de beltoon
©
Copyright
2004 Nokia. All rights reserved.
, gaat u naar
naast de naam van de toon. Voor
Zie 'Gedeeld geheugen' op
Zie 'Een
139