Inbedrijfstelling
Navigeren door het menu
Symbool
Â
Ã
È
Ç
¨
+
¨
Ä
+
¨
Æ
SET
Installatieschema instellen
De volgende toetsen indrukken:
1.
"ANL 1" en het overeenkomstige schema ver-
schijnen in het display.
2. OK "SET" knippert.
Installatieparameters instellen
De volgende toetsen indrukken:
1.
"ANL" en het overeenkomstige schema ver-
schijnen in het display.
2.
tot de gewenste parameter verschijnt (zie
tabel op pagina 21).
Installatieparameters terugzetten
Als er een ander installatieschema wordt ingesteld,
worden alle parameters automatisch naar de toestand
bij levering teruggezet.
16
(vervolg)
Continue weergave
Installatie in werking
Relais 1 aan
(Zonnecircuitpomp)
Relais 2 aan
Gewenste warmwatertemperatuur be-
reikt
Bescherming tegen vorst actief
—
Sensorfout:
Ä
Manuele werking:
Æ
Parameters kunnen worden veranderd
Knipperend
—
—
—
Collectorkoelfunctie, terugkoelfunctie ac-
tief
Gedaald onder collector-minimumtempe-
ratuur
Collectornooduitschakeling (collector-
grenstemperatuur is bereikt) of boiler-
nooduitschakeling actief
¨
¨
Parameter met
3.
voor het gewenste schema.
4. OK ter bevestiging.
Installatieschema zie vanaf pagina 23.
3. OK
"SET" knippert.
4.
/
voor de gewenste waarde.
5. OK
ter bevestiging.
/
wijzigen