2 Legal-papier (het papier steekt over de rand van de invoerlade uit)
5.
Klap de uitvoerlade omlaag.
Afdrukken
1.
Open indien nodig het dialoogvenster
papierformaat, de schaal en de afdrukstand in.
2.
Open het dialoogvenster Print.
3.
Selecteer het paneel Papier/Kwaliteit.
4.
Klik in het uitrolmenu Papiersoort op Gewoon papier.
5.
Selecteer de gewenste afdrukkwaliteit in het uitrolmenu Kwaliteit.
6.
Selecteer desgewenst nog andere afdrukinstellingen en klik op Druk af.
Enveloppen
Wanneer u een envelop wilt afdrukken, selecteert u de papiersoort en afdrukkwaliteit
op het paneel Papier/Kwaliteit van het dialoogvenster Print. U kunt op één of
meerdere enveloppen afdrukken.
Richtlijnen
●
Gebruik geen enveloppen die de volgende eigenschappen hebben:
–
Klemmetjes of vensters
–
Dikke, onregelmatige of gekrulde randen
–
Glanzende coatings of coating met reliëf
–
Kreukels, scheuren of overige beschadigingen
●
Lijn de randen van de enveloppen uit voordat u ze in de invoerlade plaatst.
●
Zorg dat u de capaciteit van de invoerlade niet overschrijdt: 10 enveloppen.
Het afdrukken voorbereiden
1.
Til de uitvoerlade omhoog en verwijder vervolgens al het papier uit de invoerlade.
2.
Schuif de papiergeleider helemaal naar links.
3.
Plaats de enveloppen in de invoerlade zoveel mogelijk naar rechts.
Plaats de af te drukken zijde van de envelop omlaag waarbij de klep links zit.
4.
Schuif de enveloppen zo ver mogelijk in de printer.
5.
Schuif de papiergeleider stevig tegen de rand van de stapel met enveloppen.
Gebruikershandleiding
Pagina-instelling
en stel de opties voor het
29