Pagina 3
Hoofdstuk 4 Gebruikersconstanten 4.1 De structuur van de gebruikersconstanten. 4.2 De menu-structuur. Hoofdstuk 5 Opsomming Van Constanten OPMERKING 1: OPMERKING 2: Hoofdstuk 6 Programmeerconstanten A Groep (Initialiseren) A1 Groep (Initialiseren) B Groep (Algemeen): B1 Groep (Uitgangsfrequentie) B2 Groep Auto-doorvoerschakelaar B3 Groep Parellelschakeling B4 Groep Multi-fase C Groep (INVERTER): D Groep LADER...
Inleiding Algemeen • Multifunctioneel apparaat De Combi-Gamma is een krachtige sinusgolfinverter, een verfijnde batterijoplader met aangepaste oplaadtechnologie en een zeer snelle wisselstroom inschakeling (Auto Transfer Switch, ATS) in één compact apparaat. Naast deze primaire functies, beschikt de Combi-Gamma extra over meerdere geavanceerde kenmerken die een reeks nieuwe toepassingen bieden, zoals hieronder wordt beschreven: •...
Pagina 5
batterijen. De “zelfaanpassende” karakteristiek zal automatisch het proces optimalise- ren in relatie tot de manier waarop de batterij wordt gebruikt. • De juiste lading: Variabele Herladingstijd Als alleen lage ontladingen plaatsvinden (een jacht aangesloten op walstroomvoorzie- ning bijvoorbeeld) wordt de laadtijd bewaakt om overlading van de batterij te voorko- men.
Hoofdstuk 1 Installatie Dit product dient door een erkende elektricien geïnstalleerd te worden. 1.1. Leveromvang • Combi-Gamma • GEBRUIKERSHANDLEIDING • Zak bevattende verbindingsstukken, d.i.: • Batterijtemperatuur sensor (BTS-03) • Vier M8 bouten (inclusief borgringen) • Vier aansluitklemmen en bekleding 1.2 Plaatsing Het product moet op een droog en goed geventileerde ruimte geïnstalleerd worden, zo dicht mogelijk bij de batterijen.
• Geïsoleerde steeksleutel (13 mm) voor het vastzetten van de moeren van de DC aan- sluiting. • Drie-aderige kabel voor AC bekabeling 1.4 Aansluiting van Batterijkabels Om de volledige capaciteit van het product te benutten, dienen batterijen met voldoende capaciteit en batterijkabels met voldoende doorsnede gebruikt te worden, raadpleeg hier- voor de volgende tabel: Model COMBI1512...
1.6 Optionele aansluitingen Een aantal optionele aansluitingen zijn mogelijk: 1.6.1 Tweede batterij De “Combi-Gamma” heeft een extra aansluiting voor het laden van een startbatterij. Voor aansluiting, zie pagina 24. 1.6.2 Spanningsmeting Twee meetdraden kunnen aangesloten worden om mogelijke batterijkabelverliezen tijdens het laden te voorkomen. Voor aansluiting, zie pagina 24. 1.6.3 Batterij-temperatuursensor (BTS-3) De bijgeleverde batterij-temperatuursensor kan gebruikt worden voor temperatuur gecompenseerde lading, zie pagina 24.
ten zijn. 7. De kabels van ieder apparaat moeten van gelijke lengte zijn (AC en DC) 1.6.6 3-Fasen Bediening Het product kan ook gebruikt worden in een 3-fasen systeem, zie pagina 28. De bat- terijen moeten aangesloten zijn in overeenstemming met pagina 26. Er dient aan de volgende voorwaarden te worden voldaan in het geval van een 3-1 fase bediening: 1.
Hoofdstuk 2 Instellingen 2.1 Toepassingen van de vier gebruiksstanden Stand 1: Voornamelijk gebruik als AC-vermogensvoorziening Inverter-stand: • Als AC IN = 0 A, wordt het AC OUT vermogen volledig geleverd door de INVERTER. Het apparaat gaat in de Inverter stand. Lichtnet, Walstroom, Belasting Generator...
Vermogensregeling-stand (b) • Nu wordt een aantal kleine belastingen ingeschakeld en de geleverde stroom wordt verhoogd tot 3A. Het verschil 5A-3A = 2A blijft over om de batterijen te laden en de laadstroom vermindert tot ongeveer 30A. * Opmerking: Walstroom wordt automatisch beperkt tot 5A waardoor de AC ingangscir- cuit onderbrekingsschakelaar niet in werking zal treden! Walstroom Belasting...
Pagina 16
Extra-Vermogen-stand • En nu wordt er nog een andere belasting bijgeschakeld waardoor de stroom wordt ver- hoogd tot 11A. Dit is waar Power Assist nodig is. • De bidirectionele converter gaat in werking als Inverter om 6A toe te voegen aan de 5A welke beschikbaar is vanuit de wal: De totale stroom is 6A + 5A = 11A zonder dat de AC toevoer overbelast wordt.
Vermogensregeling-stand: • Als er AC IN vermogen beschikbaar is, en de INVERTER is actief en de batterij is bijna uitgeput, de batterijspanning is dan – gedurende een tijd die langer is dan de tweede tijd ingesteld in (B2-11) - lager dan de waarde (B2-10) , zal ATS ingeschakeld worden om zeker te stellen dat AC OUT continu blijft lopen.
“INVERTER Stand” Herhaling • Als de batterij-spanning - langer is dan tweede tijd ingesteld in (B2-15) - hoger is dan de spanningswaarde (B2-12) krijgt de inverter-stand voorrang om AC OUT weer van span- ning te voorzien om vermogen te leveren aan de belasting. Walstroom Belasting maximaal 5A...
Pagina 19
Vermogensregeling-stand • Als er AC IN vermogen beschikbaar is, en de INVERTER is actief en de batterij is bijna uit- geput, de batterij-spanning is dan – gedurende een tijd die langer is dan de tweede tijd in- gesteld in (B2-11) - lager dan de waarde (B2-14) , zal ATS ingeschakeld worden om zeker te stellen dat AC OUT continu blijft lopen.
Pagina 20
“INVERTER Stand” Herhaling • Als de batterij wordt herladen door een of andere duurzame energiebron, en de batterij spanning is hoger dan de spanningswaarde (B2-14), gedurende een langere tijd dan de tweede tijd ingesteld in (B2-15), krijgt de inverter-stand voorrang om AC OUT voor het leveren van vermogen aan de belasting nogmaals van spanning te voorzien.
Pagina 21
• Als de belasting is afgeschakeld (Load OFF) en wanneer er op AC IN geen vermogen beschikbaar is, zullen alle functies van ATS, AC LADER en INVERTER uitgeschakeld zijn. Walstroom maximaal 5A AC IN AC UIT ATS UIT Batterij Batterij-lader / inverter COMBI-GAMMA 090138.01...
HOOFDSTUK 3 BEDRADING 3.1 Bovenste Voorpaneel Display Drukknoppen Naam Omschrijving RUN/STOP Combi-Gamma RUN/STOP toets Voornamelijk gebruik als AC-vermo- MODE 1 gensvoorziening Voordat van de ene Stand naar de MODE 2 Voornamelijk gebruik als INVERTER andere Stand wordt omgescha- keld, moet het apparaat eerst uit- Voornamelijk gebruik als Groene- MODE 3 staan (in de stand “STOP”...
3. Het wel of niet geven van een beep-geluid bij het indrukken van een toets kan in- of uitgescha- keld worden in Key Pressed Beep Sel (O2-01). 4. Wanneer gedurende een bepaalde tijd (O1-02) geen van de toetsen ingedrukt wordt, gaat de weergave in slaapstand.
3.2 Onderste Voorpaneel-aansluiting Aansluitingen Onderste Voorpaneel PORT A (IN) Aansluitingen voor parallel vermogen /3-fasen vermogen PORT B (OUT) Aansluitingen voor parallel vermogen/3-fasen vermogen PORT C (EXT) Aansluitingen voor externe zonne- of windmodules CHARGE Aansluitingsklem van 4A voor startbatterij BTS (Batterij temp. sensor) Aansluitingsklem voor temperatuursensor Vsens + / - (Batterij Spanning Sense) Aansluitingsklem voor Batterij-spanningsmeting...
3.3 Batterij aansluiting COMBI 1500 W / 12 V COMBI 1500 W / 24 V COMBI 3000 W / 12 V COMBI 3000 W / 24 V AC INPUT AC INPUT BREAKER BREAKER PORT A PORT B PORT C PORT A PORT B PORT C REMOTE...
3.3.1 Aansluitschema Ster-schakeling AC INPUT AC INPUT AC INPUT BREAKER BREAKER BREAKER PORT A PORT B PORT C PORT A PORT B PORT C PORT A PORT B PORT C REMOTE REMOTE REMOTE (IN) (OUT) (EXT) (IN) (OUT) (EXT) (IN) (OUT) (EXT) V-SENS...
3.5 Aansluitschema 3-Fasen-schakeling MASTER FOLLOWER 1 FOLLOWER 2 3-Phase Box 3-Phase Box 3-Phase Box AC INPUT AC INPUT AC INPUT BREAKER BREAKER BREAKER PORT A PORT B PORT C PORT A PORT B PORT C PORT A PORT B PORT C REMOTE REMOTE REMOTE...
Pagina 29
Batterij-lader / inverter COMBI-GAMMA 090138.01...
Hoofdstuk 4 Gebruikersconstanten Het hoofdmenu van de “Combi-Gamma” heeft de volgende vier menu-items: “Werking”, “Initiali- satie”, “Programmering” en “Voorkeursinstellingen”. De menu-items en hun toepassing worden hieronder aangegeven. Meni-item Toepassing De “Combi-Gamma” kan de AC IN-ingangs-spanning en –stroom, de AC OUT-uitgangs- spanning en -stroom, de batterij-spanning en -stroom en de rimpelspanning bij het laden Werking (Operation) en ontladen van batterijen en van andere uitbreidingsmodules monitoren.
4.2 De menu-structuur. HOOFDMENU MENU *** HOOFDMENU *** Werking D SPL *** HOOFDMENU *** Initialisatie D SPL *** HOOFDMENU *** Programmering D SPL *** HOOFDMENU *** Voorkeursinstellingen D SPL *** HOOFDMENU *** Werking Quick Return Main Menu-Operation MENU MENU GROUP GROUP Function Function...
Pagina 35
Quick Return Main Menu-Programming MENU GROUP Function Parameters Parameter Edit MODE 2 MODE 2 MODE 2 MODE PROG PROG PROG ENTER ENTER ENTER ENTER *** Main Menu *** Group B Function B1 Output Frequency B1-01=0 *** Programming General Output Frequency 50Hz 50Hz DSPL...
Pagina 36
Hoofdmenu: Programmering - Functie B1 - B1-01 MENU GROEP Functie Parameters Parameters wijzigen *** Hoofdmenu *** Werking DSPL *** Hoofdmenu *** Initialisatie DSPL ENTER ENTER ENTER ENTER ENTER *** Hoofdmenu *** Groep B Functie B1 Uitgangsfrequentie B1-01 = 0 *** Programmering Algemeen Uitgangsfrequentie...
Pagina 37
Hoofdmenu: Programmering - Functie B3 - B301 MENU GROEP Functie Parameters Parameters wijzigen *** Hoofdmenu *** Werking DSPL *** Hoofdmenu *** Initialisatie DSPL ENTER ENTER *** Hoofdmenu *** Groep B Functie B1 Programmering General Uitgangsfrequentie DSPL DSPL Groep C Functie B2 Invertor Auto-doorvoerschakelaar ENTER...
Pagina 38
Hoofdmenu: Programmering - Functie C1 - C1-01 MENU GROEP Functie Parameters Parameters wijzigen *** Hoofdmenu *** Werking DSPL *** Hoofdmenu *** Initialisatie DSPL ENTER Groep B *** Hoofdmenu *** Programmering General DSPL ENTER ENTER ENTER Invoer geaccepteerd Invertor-uitgangsspanning Groep C Invoer geaccepteerd C1-01 = 230V 23"0"V...
Pagina 39
Hoofdmenu: Programmering - Functie E1 - E1-01 GROEP Functie Parameters Parameters wijzigen MENU *** Hoofdmenu *** Werking DSPL *** Hoofdmenu *** Initialisatie DSPL ENTER Groep B *** Hoofdmenu *** Programmering General DSPL Groep C Invertor Groep D Lader ENTER ENTER ENTER ENTER Extra1-belasting...
Pagina 40
Main Menu : Programing - Function F1 - F1-01 MENU GROEP Functie Parameters Parameters wijzigen *** Hoofdmenu *** Werking DSPL *** Hoofdmenu *** Initialisatie DSPL ENTER Groep B *** Hoofdmenu *** General Programmering DSPL ENTER ENTER ENTER Groep C Zonnelader AAN F1-01 = 0 *** Invoer geaccepteerd Invertor...
Pagina 41
Hoofdmenu: Programmering - Functie O2 - O2-01 Functie Parameters Parameters wijzigen MENU GROEP *** Hoofdmenu *** Werking DSPL *** Hoofdmenu *** Initialisatie DSPL ENTER ENTER *** Hoofdmenu *** Groep B Functie Programmering Monitor Selectie General DSPL ENTER ENTER ENTER Toetssignaal O2-01 = 1 *** Groep C Functie...
OPMERKING 1: Bedieningsstatus U1-09 = 09 = X X X X X X X X X X X X Fault: 0 = OK 1 = Fault Udc ripple: RUN/STOP: 0 = OK 0 = STOP Inverter: 1 = Udc-ripple 1 = RUN 0 = OFF Pre-alarm 1 = ON...
Pagina 52
Batterij-lader / inverter COMBI-GAMMA 090138.01...
HOOFDSTUK 6 Programmeerconstanten A Groep (Initialiseren) A1 Groep (Initialiseren) A1-01: Toegangsniveau • Gebruik constante A1-01 om het toegangsniveau van de gebruikersconstanten in te stellen. Dit niveau bepaalt welke gebruikersconstanten veranderd en getoond kunnen worden. Instelling Functie Deze instelling laat toe de ‘operation’ en ‘initialize’ te veranderen of te tonen. A1-01 = 0 Gebruik deze instelling om te voorkomen dat instellingen van gebruikerscon- stanten worden veranderd.
A1-04: Init Wachtwoord 1 • Deze constante wordt gereserveerd voor de fabriek om functies te testen en te wijzigen. • Het is gebruikers niet toegestaan om deze constante in te stellen. Lock the constants setting (A1-01=1) Finish setting all the programmable parameters to the desired values. Change A1-01=0 (Operation only), factory setting is A1-01=1 (Constant set).
B2 Groep Auto-doorvoerschakelaar B2-01: AC-uitschakeldrempelt • Gebruik constante B2-01 om de ingangswisselspanning AC IN te bepalen onder welk niveau de auto-doorvoerschakelaar (ATS Auto Transfer Switch) zal uitschakelen. • Dit spanning niveau zal altijd onder de AC-inschakeldrempel (AC IN Low Connect) (B2- 02) blijven.
Pagina 56
gen-stand (power assist). • De waarde van constante (B2-05) zal de de werkelijke AC-ingangsstroombegrenzing bepalen. * Opmerking: Met Extra-Vermogen ingeschakeld is er een minimale waarde voor de AC- vermogensdrempel (AC input power limit). Gelieve de opmerking bij Extra-Vermogen (pagina 60) te raadplegen. B2-06: AC-golfvormcontrole •...
Pagina 57
• We hebben een 2KVA generator. We passen de AC-ingangsstroombegrenzing (B2-05) instelling aan naar 8A en we scha- kelen Extra-Vermogen (C1-05 = 1) in. We hebben geen belasting aangesloten en de bat- terijen zijn volledig geladen. Daarom wordt er geen vermogen door de generator geleverd •...
Pagina 58
• B2-10 en B2-11 worden in MODE2 gebruikt om de auto-doorvoerschakelaar aan te zet- ten als de batterij spanning - langer dan de tweede tijd gezet in (B2-11) - lager is dan de waarde in B2-10 spanning value. (INVERTER OFF + ATS ON + AC CHARGER ON) •...
B3 Groep Parellelschakeling B3-01: Aantal Slaves • In dit geval wordt een parallelschakeling gebouwd met 1 master en tot aan 4 slaven. Het aantal slaves in het systeem kan gespecificeerd worden. Deze instelling hoeft alleen in de master gedaan te worden. Het is niet absoluut vereist om het aantal slaves aan te geven.
B4-03: Multi-fase-type • Gebruik constante B4-03 om het gewenste multi-fase type in te stellen. Instelling Functie 3 Fase-type: B4-03 = 0 Drie Combi-Gamma’s zijn vereist. (Initiele instelling) Uitvoer is 3-fasig met 120° faseverschuiving. Gedeelde 180° fase-type: B4-03 = 1 Twee Combi-Gamma’s zijn vereist. Uitvoer is 2-fasig met 180°...
C1-06: Extra-Vermogen-niveau • Deze instelling is een speciale instelling voor de Extra-Vermogen-stand als de Combi- Gamma aan het laden is en, als gevolg van een plotselinge belasting, de AC–ingangs- stroom de AC-ingangsstroombegrenzing (B2-05) overschrijdt, waarop de Combi-Gam- ma zal omschakelen naar de Extra-Vermogen-stand (als C1-05 = 1) •...
Pagina 62
absorptiefase zal de spanning toenemen met een vaste stijlheid totdat de spanning de herlaadspanning bereikt of de berekende absorptietijd voorbij is. In het laatste geval zal de absorptiefase stoppen voordat de absorptie spanning is bereikt. Laadstroom Ampere Tijd Volt Laadspanning Batterij-veilig 20 Oplaaduren of maximale...
lager is dan deze instelling. Dit kan onder andere zijn door: • Een lage AC-ingangsstroombegrenzing (B2-05) in combinatie met een hoge belasting. • Een hoge omgevingstemperatuur • Een te hoge rimpelspanning als gevolg van slordige bedrading. D1-09: Stop na 10 uur opladen •...
Pagina 64
E2-02: Gedurende meer dan de Extra1-inschakelstroomvertraging in seconden. * Opmerking: Als de instelling E1-02 = 0 sec (initiële instelling) is dan wordt de waarde E1-01 genegeerd. * Opmerking: Als de instelling E2-02 = 0 sec (initiële instelling) is dan wordt de waarde E2-01 genegeerd.
normaal alarm. • Zoals met andere Extra aansluiting instellingen, moet het instellen van een vertragings- waarde (E1-12) ook gespecificeerd worden. Dit kan met de instelling Extra1-Tempera- tuuroverschrijding-vertraging (E1-12). E1-13: Extra1-Batterijonderspanningsalarm (negeer deze instelling als E1-14=0) E1-14: Extra1-Batterijonderspanningsalarmvertraging • Als u de Extra aansluiting 1 wilt inschakelen als er een batterij-onderspanningsalarm is, dan kan deze instelling (E1-13) gebruikt worden om te kiezen tussen vooralarm of normaal alarm.
Pagina 66
E2-03: Extra1-batterij-uitschakelspanning E2-04: Extra1-uitschakelspanningvertraging • Gebruik deze instellingen om de Extra aansluiting 1 uit te schakelen als de batterijspan- ning lager wordt dan een bepaald limiet (E2-03) gedurende een bepaalde tijd (E2-04) * Opmerking: Als E2-04 = 0 sec (Initiële instelling), dan wordt E2-03 genegeerd. E2-05: Extra1-batterij-uitschakel-grensspanning E2-06: Extra1-uitschakelgrens-spanningvertraging •...
Pagina 67
de AC-ingangsspanning te laag is gedurende een bepaalde tijd (E2-11). • Dit niveau wordt bepaald door de AC-uitschakeldrempel (B2-01). • Gebruik deze instelling (E2-11) om het herstarten van een handmatig uitgeschakelde generator onmogelijk te maken, als de Extra aansluiting 1 wordt gebruikt om een start- signaal te genereren voor die generator.
E6 Groep (Instellen Extra aansluiting 3 UIT Conditie) * Opmerking: De functies en instellingen van de E3, E4, E5 en E6 Groepen zijn exact dezelfde als die van E1 en E2 Groep, dus gelieve de bovenstaande E1 en E2 Groep beschrijvingen en instellingen te raadplegen voor E3, E4, E5 en E6 Groepen.
O1-02: Toetsenbord-slaapstandtijd • Gebruik constante O1-02 om de idle time in te stellen als het toetsenbord niet wordt be- diend. Als daarna weer een toets wordt ingedrukt, zal de display terugkeren naar de LCD Monitor waarde ingesteld in constante O1-01. •...
O2-08: Auto-Run-Keuze • Gebruik constante O2-08 om handmatige of automatische Auto Run te selecteren. Instelling Functie O2-08 = 0 Auto Run is actief bij het indrukken van de RUN/STOP toets O2-08 – 1 (Initiële instelling) Auto Run is actief als het vermogen aan is. O2-09: Scherm-slaaptijd •...
Pagina 71
U1-07: Batterijstroom • Gebruik constante U1-07 om de huidige waarde van de batterijstroom in eenheden van 0.1A te monitoren. U1-08: Bedieningsstand • Gebruik constante U1-08 om de huidige werkingsstand (MODE 1, MODE 2, MODE 3 of MODE 4) te tonen. U1-09: Bedieningsstatus •...
U1-18: Zonne Ampère-uur • Gebruik constante U1-18 om de geleverde zonne-energie in eenheden van 1AH te mo- nitoren. U1-19: Totaal geleverde zonne-energie • Gebruik constante U1-19 om de totaal geleverde zonne-energie in eenheden van 1AH te monitoren. U2 Groep: Fout zoeken U2-01: Fatale fout •...
Pagina 73
een fatale fout opgetreden is. U2-10: Bedieningsstand • Gebruik constante U2-10 om te monitoren wat de bedieningsstand (MODE 1, MODE 2, MODE 3 of MODE 4) is als een fatale fout opgetreden is. U2-11: Bedieningsstatus • Gebruik constante U2-11 om 12 digits te monitoren die de status van iedere bedienings- stand weergeven als een fatale fout opgetreden is.
U2-26: Batterij-temperatuursensor • Gebruik constante U2-19 om de vermogen temperatuur te monitoren welke is opge- spoord door batterij-temperatuursensor (BTS-3) in eenheden van 1° C als een fatale fout opgetreden is. U3 Groep (Foutgeschiedenis) U3-01: Laatste fout • Gebruik constante U3-01 om de laatst opgeslagen fout in de software te monitoren. U3-02: Foutmelding 2 •...
• DC-belastingen moeten van de batterijen ontkoppeld zijn en de AC-belastingen moeten van de INVERTER ontkoppeld zijn, voordat INVERTER en/of batterij lader (AC CHAR- GER) worden getest. • Raadpleeg uw Vetus® dealer als de fout niet kan worden opgelost. Probleem of Foutbericht Oorzaak...
Pagina 76
Controleer de batterijkabels en aan- Udc-ripple’ Spanningsrimpel op de DC-ingang sluitklemmen. Volt Ripple Exceeds overschrijdt 1.25Vrms Controleer de batterij capaciteit; verhoog deze indien nodig. ‘ ’: knippert Installeer batterijen met een hogere capaciteit. De INVERTER van “Combi-Gamma” Udc-ripple Gebruik kortere en/of dikkere batte- schakelt uit als gevolg van te hoge Volt Ripple Exceeds rijkabels en stel opnieuw de Combi-...
Pagina 77
Stel vast dat de AC-ingangsspan- ning binnen het bereik van het 220V De AC-ingangs spanning of -fre- systeem is: 180VAC – 260VAC en quentie is buiten bereik. dat de frequentie overeenkomt met De oplader functioneert niet. de instelling. De ‘Combi-Gamma’ interne circuit- Stel de interne circuitonderbrekings- onderbrekingsschakelaar spreekt schakelaar opnieuw in.
Pagina 78
Batterij-lader / inverter COMBI-GAMMA 090138.01...
Pagina 79
Batterij-lader / inverter COMBI-GAMMA 090138.01...
Pagina 80
FOKKERSTRAAT 571 - 3125 BD SCHIEDAM - HOLLAND b. v. TEL.: +31 0(0)88 4884700 - sales@vetus.nl - www.vetus.com Printed in the Netherlands 090138.01 2017-12...