Elektrische bedrading
Sluit de ringterminal van de 3-fasige kabel aan.
1
Snijd de stroomkabel tot de juiste lengte en sluit deze aan op de
soldeervrije terminal.
2
Na het aansluiten van de stroomkabel op de terminal zoals
geïllustreerd in de afbeelding, moet u een kabelbinder gebruiken.
3
Maak de behuizing, dat een isolator heeft, vast aan het klemmenbord.
De aardkabel bevestigen.
•
Sluit de aardkabel aan op het aardgat aan de binnenkant van de
voedingskast.
De stroomkabel eruit trekken
•
Via de voorzijde eruit trekken
– Sluit de beschermingsbuis van de stroomkabel aan op de
voedingskast zoals geïllustreerd.
– Let erop dat de stroomkabel niet wordt beschadigd door de
bramen op de uitbreekpoort.
36
Nederlands
Het systeemapparaat installeren
•
Als het aantal geïnstalleerde binneneenheden aangesloten op 16
of minder is.
F1
Aansluitblok met
binneneenheid
Waar de interfacemodule te installeren?
Grounding
•
Installeer de interfacemodle op locatie (A), en houdt daarbij
rekening met de situatie op de installatieplek.
– Raadpleeg de installatiehandleiding van de interfacemodule
voor het installeren ervan.
F2
OF1
OF2
Aansluitblok met
submodule van
buiteneenheid
R1
R2
Aansluitblok met
systeemapparaat
(A)