11.9 Onderhoudsschema
Volgende instructies hebben betrekking op normale werkomstandigheden.
In speciale gevallen, bijv. zeer langdurig, dagelijks werk, moeten de vermelde
onderhoudsintervallen dienovereenkomstig worden verkort.
Voer de onderhoudswerken regelmatig uit. Doe indien nodig een beroep op een
werkplaats als u niet alle werken zelf kunt uitvoeren. De eigenaar van de machine
is verantwoordelijk voor:
• Schade door onvakkundig of niet tijdig uitgevoerde onderhouds- of
herstellingswerken
• Gevolgschade - ook corrosie - bij onvakkundige bewaring
Volledige machine
Geleidingsrail
Zaagketting
Kettingrem
Kettingsmering
Geluiddemper
Carburateur
Luchtfilter
Bougie
Brandstoftank, olietank
Brandstoffilter
Alle bereikbare schroeven
(behalve instelschroeven)
Andere
bedieningselementen
[stopschakelaar, gashendel,
gashendelblokkering, choke-
halfgasvergrendeling, starter]
visuele toestandscontrole
reinigen (incl. luchtingang, cilinderkoelribben)
Zwaard omdraaien
Zwaardpunt smeren
Kettinggroef / olieboring reinigen
Zwaardafdekking binnenzijde reinigen
Zwaard omdraaien
Visuele toestandscontrole, slijptoestand controleren
Bijslijpen
Vervangen, eventueel kettingwiel ook vervangen
en kettingwiellager smeren
Functiecontrole, vlotte werking controleren
Reinigen, scharnierpunten smeren
Controleren
Visuele toestandscontrole - vaste zitting van
schroeven
stationair toerental controleren
stationair toerental instellen
reinigen
vervangen
elektrodenafstand controleren en eventueel
aanpassen
vervangen
reinigen
vervangen
aanspannen
functiecontrole
- 127 -
Gebruiks- en onderhoudsinstructies
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
NEDERLANDS 21
X X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X X