6
nl | Productbeschrijving
- FAA-500-BB
- FAA-500-CB
- FAA-500-SB-H
Serviceaccessoires:
- FAA-500-RTL
- FAA-500-TTL
1.1
Prestatiekenmerken
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
2019.11 | 4.0 | F.01U.025.877
Achterkap voor plafondmontage
Inbouwdoos voor betonnen plafonds
Achterkap met afdichting voor vochtige ruimten
Melderplukker voor melders van de 500- en 520-serie
Testadapter met magneet voor melders van de 500- en 520-serie
Door het inbouwontwerp en de kleurmogelijkheden wordt voldaan aan de hoogste
esthetische eisen
Glad, gemakkelijk schoon te maken melderoppervlak
Dankzij het innovatieve vergrendelingsmechanisme van de melder (klik en sluit-principe)
kan de melder snel en makkelijk worden geplaatst en vervangen.
Goed zichtbare tweekleurige LED voor het weergeven van alarm-, probleem en testmodus
Zelfbewaking van de sensoren, met weergave op de brandmeldcentrale:
–
Storingsmelding na storing van de evaluatie-elektronica of een van de LED's van de
optische sensor
–
Weergave van vervuiling in drie stappen (tijdens service kan de analoge waarde
worden afgelezen)
–
Storingsmelding in geval van ernstige vervuiling (in plaats van ongewenst alarm)
–
Storingsmelding in geval van een CO-sensorstoring (voor de FAP‑OC 520)
Dankzij geïntegreerde isolatoren blijven de LSN-ringleidingfuncties werken bij draadbreuk
of kortsluiting van een melder
Actieve instelling van de drempelwaarde (driftcompensatie) wanneer de optische sensor
vervuild raakt
Actieve instelling van de drempelwaarde (driftcompensatie) van de chemische sensor
Dankzij evaluatie van het tijdgedrag van brand- en storingsvariabelen is er een verhoogde
detectie en bestendigheid van ongewenste alarmen
Programmeerbare gevoeligheid, dat wil zeggen, kan worden aangepast aan het
toepassingsgebied
Flexibele netwerkstructuren, met onder meer T-aftakking zonder aanvullende elementen
Automatisch of handmatig adressen toewijzen met of zonder automatische detectie via
geïntegreerde draaischakelaars
Identificatie van afzonderlijke melders op de brandmeldcentrale in geval van alarm
Een vooralarm wordt weergegeven als 50% van de alarmdrempel word bereikt (indicator
in het gebeurtenissenlogboek van de brandmeldcentrale).
Het serienummer, de vervuilingsgraad, de bedrijfsuren en real time analoge waarden
kunnen worden afgelezen van elke geconfigureerde melder
Activering van nevenindicatoren is mogelijk (niet voor relaissokkels)
Activering van externe apparaten door de relaissokkel is mogelijk
Makkelijk bereikbare aansluitklemmen
Serviceaccessoires voor het eenvoudig en makkelijk testen en vervangen van de melder
Bij gebruik van de FAA-500-TTL Testadapter wordt de melder door een ingebouwde
reedschakelaar automatisch in testmodus gezet.
Kan worden aangesloten op de LSN-brandmeldcentrales FPA-1200, FPA-5000,
BZ 500 LSN, UEZ 2000 LSN, UGM 2020 en op andere brandmeldcentrales of de
ontvangermodules hiervan met identieke aansluitcondities.
Bedieningshandleiding
Automatische melders, LSN improved version
Bosch Sicherheitssysteme GmbH