9.3
Controlelijst jaarlijks onderhoud
van de buitenunit
Controleer minstens eens per jaar de volgende punten:
▪ De warmtewisselaar van de buitenunit.
De warmtewisselaar van de buitenunit kan verstopt raken door stof,
vuil, bladeren, enz. Er wordt geadviseerd de warmtewisselaar
jaarlijks te reinigen. Een verstopte warmtewisselaar kan de oorzaak
zijn van een te lage druk of een te hoge druk, met slechtere
prestaties als gevolg.
10
Opsporen en verhelpen van
storingen
10.1
Overzicht: Probleemoplossing
Dit hoofdstuk beschrijft wat u moet doen wanneer er zich problemen
voordoen.
Het bevat informatie over het oplossen van problemen op basis van
symptomen.
Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen
Voer een grondige visuele controle uit van de unit en zoek naar voor
de hand liggende defecten, zoals losse aansluitingen of kapotte
bedrading.
10.2
Voorzorgsmaatregelen bij het
opsporen en verhelpen van
storingen
WAARSCHUWING
▪ Controleer STEEDS of de spanning op de unit is
afgesloten vooraleer de schakelkast van de unit te
controleren.
Schakel
stroomonderbreker uit.
▪ Als een veiligheidstoestel geactiveerd werd, moet u de
unit
uitschakelen
veiligheidstoestel werd geactiveerd vooraleer deze te
resetten. Overbrug NOOIT een veiligheidstoestel of
wijzig zijn waarde niet in een waarde verschillend van
de standaardinstelling. Indien u de oorzaak van het
probleem niet kunt vinden, neem dan contact op met
uw dealer.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Om gevaar als gevolg van het per ongeluk resetten van de
thermische beveiliging te voorkomen, mag dit toestel NIET
worden gevoed via een externe schakelinrichting zoals een
timer of zijn aangesloten op een circuit dat regelmatig IN-
en UITgeschakeld wordt door de voorziening.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
RXF50~71(A)(B)2V1B + RXP50~71L2V1B
R32 Split-reeks
4P513661-5A – 2018.01
de
respectievelijk
en
controleren
waarom
het
10 Opsporen en verhelpen van storingen
10.3
Problemen op basis van
symptomen oplossen
10.3.1
Symptoom: Binnenunits vallen, trillen of
maken lawaai
Mogelijke oorzaken
De binnenunits zijn niet goed
vastgemaakt
10.3.2
Symptoom: De unit verwarmt of koelt
NIET zoals verwacht
Mogelijke oorzaken
Fout in de aansluiting van de
elektrische bedrading
Gaslek
10.3.3
Symptoom: Waterlekken
Mogelijke oorzaken
Onvolledige thermische isolatie
(gas- en vloeistofleidingen, delen
van de afvoerverlengslang
binnenshuis)
Slecht aangesloten afvoer
10.3.4
Symptoom: Elektrisch lek
Mogelijke oorzaken
De unit is NIET goed geaard
10.3.5
Symptoom: De unit werkt NIET of er is
brandschade
Mogelijke oorzaken
De bedrading was NIET volgens
de voorschriften uitgevoerd
10.4
Storingsdiagnose met behulp van
de led op de printplaat van de
buitenunit
Led...
Diagnose
knippert
Normaal.
▪ Controleer de binnenunit.
AAN
▪ Schakel de voeding uit en weer aan, en
controleer de led binnen een 3-tal minuten.
Als de led weer brandt, dan is de printplaat
van de buitenunit defect.
UIT
1
Voedingsspanning
energiebesparing).
2
Storing elektrische voeding.
3
Schakel de voeding uit en weer aan, en
controleer de led binnen een 3-tal
minuten.
Als de led weer brandt, dan is de
printplaat van de buitenunit defect.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
Oplossing
Maak de binnenunits goed vast.
Oplossing
Sluit de elektrische bedrading
juist aan.
Controleer op gaslekken.
Oplossing
Controleer of de leidingen en de
afvoerslang thermisch volledig
geïsoleerd zijn.
Maak de afvoer goed vast.
Oplossing
Controleer en corrigeer de
aansluiting van de aarding.
Oplossing
Sluit de bedrading juist aan.
(voor
23