5.5 De geluiddempersinstallatie vervangen
Voer deze procedure tijdens preventief onderhoud uit of tussen twee patiënten door, afhankelijk van de omgeving
waarin de concentrator wordt gebruikt.
Filter, condensator en drukvereffeningsklep
worden niet getoond.
Filter, condensator en drukvereffeningsklep
worden niet getoond.
1. Schakel stroom uit (O) en haal de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder de kast. Raadpleeg 6.1 Kast verwijderen, pagina 18.
3. Knip de kabelbinder A waarmee de onderkant van de uitlaatslang van het spruitstuk B op de F-buis C is bevestigd, door.
4. Verwijder de onderkant van de uitlaatslang van het spruitstuk van de F-buis.
5. Ontkoppel en verwijder de bovenkant van de uitlaatslang van het spruitstuk D uit de pakkingring E.
6. Duw de geluiddempersinstallatie omlaag door de opening in de klankkast F.
7. Knip de twee kabelbinders G rond de geluiddempersinstallatie door.
8. Haal de geluiddempersinstallatie uit elkaar.
1194993-B
IRC5PO2AW
Drukvereffeningsklep wordt niet getoond.
IRC5PO2VAW
Drukvereffeningsklep wordt niet getoond.
Onderhoud
15