3
2
1
Bovenste deel van de handgreep
1. Handgreep tractiehulp
2. Vergrendeling van
bedieningsstang voor
maaimes
4
Figuur 10
1. Grasvanger
2. Afsluiter van
achteruitwerpkanaal
(gemonteerd)
Specificaties
Type
Gewicht
20975
62 kg
20977
65 kg
4
g017218
Figuur 9
3. Bedieningsstang voor
maaimes
4. Contactschakelaar
1
2
3
3. Zijuitwerpkanaal
4. Acculader (uitsluitend
modellen met elektrisch
startsysteem)
Lengte
Breedte
Hoogte
163 cm
81 cm
163 cm
81 cm
Gebruiksaanwijzing
De brandstoftank vullen
GEVAAR
Benzine is uitermate ontvlambaar en explosief.
Brand of explosie van benzine kan brandwonden
veroorzaken.
• Om te voorkomen dat een statische lading de
benzine tot ontbranding kan brengen, moet u
het benzinevat en/of de maaimachine voordat
u de tank vult op de grond plaatsen, niet op een
voertuig of een ander object.
• Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer
de motor koud is. Neem gemorste benzine op.
• Rook niet als u omgaat met benzine, en houd
benzine uit de buurt van open vuur of brandstof.
• Bewaar benzine in een goedgekeurd benzinevat
en buiten bereik van kinderen.
•
Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend schone,
verse, loodvrije benzine met een octaangetal van 87 of
hoger (indelingsmethode (R+M)/2).
•
Met zuurstof verrijkte benzine met ten hoogste 10 %
ethanol of 15 % MTBE is geschikt.
•
Geen ethanolmengsels van benzine gebruiken (zoals E15
of E85) met meer dan 10 % ethanol per volume. Dit kan
leiden tot verminderde prestaties en/of motorschade die
mogelijk niet gedekt wordt door de garantie.
•
Geen benzine gebruiken die methanol bevat.
•
Tijdens de winter geen brandstof bewaren in de
brandstoftank of in brandstofblikken, tenzij een stabilizer
aan de brandstof werd toegevoegd.
•
Meng nooit olie door benzine.
g017219
Belangrijk: Om startproblemen bij het volgende
seizoen te verminderen, moet u het hele seizoen een
stabilizer toevoegen aan de benzine. Gebruik nooit
benzine die ouder is dan 30 dagen.
1. Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder de
dop (Figuur 11).
112 cm
112 cm
9