Inhoudsopgave
Advertenties
72
De functie voor beeldstabilisatie
instellen
Met de functie voor type lensverschuiving beeldstabilisatie kunt u het
effect van camerabewegingen (onscherpe beelden) verminderen
wanneer u opnamen maakt van onderwerpen in de verte die zijn vergroot
of wanneer u opnamen maakt in donkere omstandigheden zonder flitser.
Uit
–
U kunt het effect van de IS-modus op de beeldvervaging
controleren op het LCD-scherm aangezien de IS modus
Continu
continu actief is. Hierdoor wordt de compositie van beelden
eenvoudiger en kunt u gemakkelijker op onderwerpen
scherpstellen.
Opname in IS modus wordt alleen geactiveerd wanneer
de sluiterknop word ingedrukt. Wanneer deze is ingesteld
op [Continu] kunnen, afhankelijk van de onderwerpen,
Opname
wazige plekken voorkomen. In de opnamemodus kunnen
onderwerpen opgenomen worden zonder dat er onnatuurlijke
bewegingen worden weergegeven op het LCD-scherm.
Deze optie stabiliseert enkel het effect van op- en
Pan
neerwaartse camerabewegingen op het beeld. Deze optie
wordt aanbevolen voor horizontaal bewegende objecten.
1
Selecteer [IS modus].
1. Druk op de knop
2. In het menu
knop
te selecteren.-
2
Geef instellingen op.
1. Gebruik de knop
de beeldstabilisatieinstellingen
te selecteren.
2. Druk op de knop
.
gebruikt u de
of
om [IS modus]
of
.
Beschikbare opnamemodi
om
p. 234
Advertenties
Inhoudsopgave
