Onderhoud van de camera
Over het opladen van de batterij
Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste wijze
•
is geplaatst.
Schakel de camera tijdens het opladen uit.
•
Schakel de camera pas in nadat u de batterij langer dan 10 minuten
•
hebt opgeladen.
Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de
•
batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het indicatielampje groen
wordt.
Als het indicatielampje oranje knippert of niet brandt, sluit u de kabel
•
opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw in
de camera.
Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de
•
temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje oranje worden.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt met opladen begonnen.
Over het opladen terwijl er een computer is aangesloten
Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel.
•
De batterij wordt mogelijk in de volgende gevallen niet opgeladen:
•
-
wanneer u een USB-hub gebruikt
-
wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn
aangesloten
-
wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de
computer aansluit
-
wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm
niet ondersteunt (5 V, 500 mA)
82
Aanvullende informatie