Opnamemodi
De Dual IS-modus gebruiken
U kunt bewegingsonscherpte verminderen en onscherpe foto's
vermijden met de functies OIS (Optical Image Stabilisation) en
DIS (Digital Image Stabilisation).
Vóór correctie
Na correctie
1
Draai de modusdraaiknop naar
2
Kadreer het onderwerp en druk [
om scherp te stellen.
3
Druk [
Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
De digitale zoomfunctie werkt in deze modus niet.
De foto wordt alleen optisch gecorrigeerd wanneer deze gemaakt
wordt bij een lichtbron die helderder is dan TL-licht.
Als het onderwerp snel beweegt, kan de foto onscherp worden.
Schakel de optie OIS in om bewegingsonscherpte in verschillende
opnamemodi tegen te gaan. (pag. 21)
d.
Ontspanknop] half in
Geavanceerde functies
De Programmamodus gebruiken
In de Programmamodus kunt u diverse opties instellen (met
uitzondering van de sluitertijd en diafragmawaarde).
1
Draai de modusdraaiknop naar
2
Stel opties in. (Voor een lijst met opties, zie
Opnameopties
.)
"
"
3
Kadreer het onderwerp en druk [
om scherp te stellen.
4
Druk [
Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
30
p.
Ontspanknop] half in