Inhoudsopgave
Advertenties
158
Reinigen
van de
centrifugepomp
De vloeistofde-
tector reinigen
De pomp
reinigen
Productnummer 120745-NL, versie handleiding: AA
De kwaliteitssensor bevat twee optische lenzen in de gleuf van de
kwaliteitssensor. De vensters moeten worden gereinigd en gedroogd met
een zacht, niet-pluizend gaasje dat met water bevochtigd is. Haal het gaasje
voorzichtig door de groef van de uitstroomlijnsensor om de sensor te reinigen
en vervolgens te drogen.
Let op: U mag nooit onverdunde bleek direct op het apparaat aanbrengen.
De centrifugepomp moet regelmatig worden gereinigd met een vochtig, niet-
pluizend gaasje of doekje. Om te zorgen voor een betere reiniging mag het
doekje worden bevochtigd met een reinigingsoplossing, daarna schoon te
wrijven met gedestilleerd/steriel water en af te drogen met een niet-pluizend
gaasje of doekje.
De centrifugekamer bevat mechanische centrifugeklemmen die schoon
moeten worden gehouden. De klemmen moeten na lekkage grondig worden
gereinigd (zie
"Gemorst bloed" op pagina
houdt de bowl niet goed op zijn plaats. Als een klem niet naar behoren
functioneert, moet de gebruiker contact opnemen met de plaatselijk
vertegenwoordiger van Haemonetics.
Reinig het metalen oppervlak van de vloeistofdetector met behulp van een
met water bevochtigd wattenstaafje. Wanneer bloed wordt gemorst, moet de
vloeistofdetector worden gereinigd met een reinigingsoplossing, daarna
schoon te wrijven met gedestilleerd/steriel water, aangebracht met een niet-
pluizend gaasje of doekje.
Let op: Breng geen smeermiddel aan op de pomp.
Nadat bloed is gemorst, moet de pomp worden gereinigd om ervoor te zorgen
dat de draaiende delen vrij kunnen blijven bewegen. Het pompdeksel en de
rotor mogen naar buiten worden getild en kunnen als volgt worden gereinigd:
1. Open de afdekplaat van de pomp, houd de rollen stil terwijl u het
pompdeksel losschroeft en verwijder het pompdeksel en de rotor.
2. Reinig het gebied onder de pomprotor en de afdekplaat van de pomp met
milde zeep en heet water.
3. Spoel het gebied met gedestilleerd/steriel water.
4. Maak het gebied droog met niet-pluizend gaas of doek.
5. Controleer of alle bewegende delen vrij kunnen draaien of schuiven.
6. Controleer of de pomprotor en de afdekplaat van de pomp geheel droog
zijn voordat u de pomp weer in elkaar zet.
7. Breng de pomprotor en het deksel weer op hun oorspronkelijke plaats aan.
Draai het deksel van de pomp vast terwijl u een van de rollen vasthoudt.
Hoofdstuk 10, Reiniging en onderhoud
155). Een vuile of geblokkeerde klem
Haemonetics
®
Cell Saver
®
Elite
®
-gebruikershandleiding
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
