Bougie onderhouden (vervolg)
3. Maak de omgeving van de onderkant van de bougie schoon om te voorkomen dat er vuil
en rommel in de motor terechtkomt.
4. Verwijder de bougie.
Bougie controleren
Maak de bougie(s) niet schoon. Verwijder een bougie altijd als deze een zwarte laag
heeft, als de elektroden versleten zijn, als er een vettige laag op ligt of als de bougie
scheuren vertoont.
Als de isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor naar behoren. Een zwarte laag op de
isolator duidt meestal op een vuil luchtfilter.
Stel de afstand in op 0,75 mm.
Onderhoud: Motor onderhouden
G437139
BELANGRIJK
G437150
Pagina 5–10
3464-648 A