Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Overstroomventiel - KRAL L Series Gebruikershandleiding

Schroefspindelpompen
Inhoudsopgave

Advertenties

5 Beschrijving van de werking

5.6 Overstroomventiel

Glijringafdichting standaard/
hard materiaal
2
4
5
3
Radiaal-asafdichting standaard/
hoge-temperatuur
1
2
4
5
3
5.6 Overstroomventiel
Aanwijzing De aanspreekdruk van het overstroomventiel wordt fabrieksmatig ingesteld op 110 % van de verschil-
Aanwijzing o Voor een veilig bedrijf moet ten minste elke 5 jaar een functionele controle worden uitgevoerd van
12
2
Glijringafdichting
3
Lekkageboring
4
Kogellager
5
Hoofdspindel
1
Borgring
2
Oliekeerring
3
Lekkageboring
4
Kogellager
5
Hoofdspindel
1
2
3
4
Afb. 5: Overstroomventiel
Het geïntegreerde overstroomventiel voorkomt het optreden van zeer hoge drukken die zouden kun-
nen leiden tot mechanisch falen van het pomphuis.
Het overstroomventiel is puur bedoeld als veiligheidsvoorziening voor de pomp en is niet geschikt voor
regeltaken, zoals het handhaven van een druk. Wanneer het overstroomventiel langdurig openstaat,
kan dit bij ongunstige bedrijfsomstandigheden (hoge verschildrukken en/of lage viscositeiten) al na en-
kele minuten leiden tot beschadiging van het overstroomventiel en de ventielzitting. Het gevolg daar-
van is blijvende lekkage van het overstroomventiel met een overeenkomstige afname van de capaci-
teit. Bovendien leidt lang aanhoudende circulatie via het overstroomventiel tot overmatige opwarming
van de pomp. Daardoor wordt neemt de viscositeit af, wat uiteindelijk kan leiden tot uitval van de pomp.
Daarom moet het systeem worden voorzien van een veiligheidsventiel, zodat de maximaal toelaatbare
bedrijfsdruk altijd onder de ingestelde druk van het overstroomventiel ligt.
druk.
Het overstroomventiel is via een afsluitplug 1 toegankelijk en kan van buitenaf worden afgesteld Ä Tij-
dens het gebruik, Pagina 25.
het overstroomventiel Ä Tijdens het gebruik, Pagina 25.
o De omvang en eventueel kortere controle-intervallen moet de gebruiker bepalen aan de hand van
de gebruiksomstandigheden en de nationale bepalingen (bv. het Besluit Drukapparatuur).
o De eerste functionele controle moet direct bij de inbedrijfstelling worden uitgevoerd.
o Na langdurige stilstand (> 4 weken) moet de werking van het overstroomventiel opnieuw worden
gecontroleerd.
OIL 01nl Uitgave 2020-08
De smering van de glijringafdichting 2 leidt on-
herroepelijk tot een geringe lekkage die door-
gaans verdampt en daardoor niet opvalt. Bij niet-
vluchtige media, zoals zware stookolie, wordt de
lekkage wel zichtbaar. De geïntegreerde lekka-
geboringen 3dienen om de hoeveelheid gelekte
vloeistof te verwijderen. De afvoer via deze bo-
ringen moet vrij worden gehouden. Drooglopen
moet te allen tijde worden voorkomen, omdat de
afdichting anders binnen enkele minuten door
oververhitting onherstelbaar wordt beschadigd.
Radiaal-asafdichtingen kunnen, afhankelijk van
de materiaalkeuze, worden ingezet bij tempera-
turen tot 80 °C resp. 150 °C. De gebruikte olie-
keerringen 2 zijn voorzien van een afdichting te-
gen lekkage van vloeistof en de toevoer van
lucht.
1 Afsluitplug
2 Verstelschroef
3 Drukveer
4 Ventiellichaam
Gebruikshandleiding

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave