7.10.1 Gegevens registreren
a) Door een maal op de Datalogger toets (5-10) te drukken, verschijnt de bemonsteringstijd op
de display.
b) Druk op de "REC" toets (5-4) om de gegevensregistratie functie te starten, op de display
verschijnt het "REC" symbool.
c) Automatische Datalogger (bemonsteringstijd instelbaar tussen 1 seconde en 8 uur 59
minuten 59 seconden). Druk een maal op de Datalogger toets (5-10) om deze functie te
starten, tegelijkertijd verschijnt er rechts onderaan de display "Recording...". Bovenaan de
display verschijnt DATA samen met REC.
d) Handmatige Datalogger (Bemonsteringstijd staat op 0 seconden)
Druk een maal op de Datalogger toets (5-10) om de huidige meetwaarde op te slaan, rechts
onderaan de display verschijnt "Recording...". Bovenaan de display verschijnt DATA samen
met REC.
e) Geheugen vol
Als er gedurende de gegevensregistratie rechtsonder op de display "Full" verschijnt, is het
geheugen vol.
f) De datalogger stoppen
Druk tijdens de gegevensregistratie op de Datalogger toets (5-10), de gegevensregistratie
wordt nu gestopt, Op de display verschijnt het DATA symbool. Door nogmaals op de
Datalogger toets te drukken (5-10) kan de gegevensregistratie verder gaan.
Opmerkingen:
1) Als u de bemonsteringstijd wilt veranderen, raadpleeg hoofdstuk 8.4.
2) Als u het aantal vrije registers in het geheugen wilt weten, raadpleeg hoofdstuk 8.1.
3) Als u de opgeslagen gegevens wilt wissen, raadpleeg hoofdstuk 8.2.
7.10.2 Gegevens versturen
Als u gegevens van het apparaat wilt versturen, moet u eerst de "Hold" functie en de "Record"
functie stoppen. De display toont noch het "HOLD" noch het "REC" symbool. Druk vervolgens
minstens 2 seconden op de "SEND" toets (5-9) totdat er rechtsonder op het scherm "Transmit
Modus" verschijnt en laat dan de toets los.
Daarna verschijnt er het volgende op het scherm:
Bloknummer Eerste gegeven van
het blok
GEBRUIKSAANWIJZING Stralingsmeter PCE-EM 30
Starttijd v.h.
blok
Startwaarde
v.h. blok
12