• Indien de bescherming van de ventilator is beschadigd, raak dan de
buitenunit niet aan maar zet de circuitonderbreker in de OFF (UIT)-stand
en vraag een bevoegd onderhoudsmonteur (*1) voor reparatie. Zet de
stroomonderbreker niet in de positie ON (AAN) tot alle vereiste reparaties
zijn voltooid.
• Indien de binnenunit zou kan vallen, blijf dan uit de buurt van de unit, zet de
circuitonderbreker in de OFF (UIT)-stand en neem contact op met bevoegd
onderhoudspersoneel (*1) om de unit opnieuw goed te installeren. Zet de
stroomonderbreker niet in de positie ON (AAN) tot de unit opnieuw bevestigd is.
• Indien de buitenunit zou kan vallen, blijf dan uit de buurt van de unit, zet
de circuitonderbreker in de OFF (UIT)-stand en neem contact op met een
bevoegde installateur (*1) of bevoegd onderhoudspersoneel (*1) om de unit
opnieuw en goed te installeren. Zet de stroomonderbreker niet op de positie
ON (AAN) voordat de werkzaamheden zijn voltooid.
• Wijzig niets aan de producten. De onderdelen niet uiteen nemen of wijzigen.
Dat zou namelijk brand, elektrische schokken of verwondingen kunnen
veroorzaken.
Elders opstellen
• Als u de airconditioner moet verplaatsen, doe dit niet zelf maar neem contact
op met een bevoegde installateur(*1) of bevoegd onderhoudspersoon(*1).
Incorrect verplaatsen van de airconditioner kan leiden tot elektrische
schokken en/of vuur.
LET OP
Ontkoppelen van de netspanning van het apparaat.
• Dit apparaat moet verbonden worden met de netvoeding via een schakelaar
met een contactscheiding van ten minste 3 mm.
U moet een zekering (ieder zekeringtype kan worden gebruikt) voor
de stroomtoevoer naar deze airconditioner gebruiken.
Installeren
• Zorg ervoor dat de afvoerslang het water goed afvoert. Een onjuiste afvoer
kan overstroming en waterschade aan het meubilair, etc. veroorzaken.
• Sluit de airconditioner altijd aan op een exclusieve stroombron van het
juiste, aangegeven voltage.Dit nalaten kan beschadiging van de unit en
brand veroorzaken.
• Controleer dat de buitenunit goed op de basis is vergrendeld. De unit zou
anders kunnen vallen en ongelukken veroorzaken.
9-NL
– 5 –
Bediening
• Gebruik deze airconditioner niet voor speciale doeleinden, zoals het
conserveren van voedsel, precisieinstrumenten, kunstobjecten, voor het
fokken van dieren, in een auto of vaartuig.
• Raak schakelaars nooit aan met natte vingers, omdat daardoor gevaar voor
elektrische schokken kan ontstaan.
• Indien de airconditioner voor afzienbare tijd niet wordt gebruikt, is het veiliger
de hoofdschakelaar of stroomonderbreker uit te schakelen.
• Om de airconditioner optimaal te laten functioneren, gebruikt u het toestel
altijd binnen de gebruikstemperaturen die in de handleiding vermeld zijn.
Zo niet kan een defect of een waterlek ontstaan in het toestel.
• Zorg dat er geen vloeistof in de afstandsbesturing terecht komt. Mors geen
vruchtensap, water of andere vloeistoffen.
• Was de airconditioner niet. Dit zou namelijk een elektrische schok kunnen
geven.
• Controleer na verloop van tijd dat de installatiebasis en andere apparatuur
niet zijn versleten of beschadigd. De unit zou namelijk kunnen vallen met
ongelukken als gevolg indien gerelateerde onderdelen zijn beschadigd.
• Zorg dat er geen ontvlambare spray's of materialen in de buurt van de
airconditioner zijn en spuit geen ontvlambare middelen direct naar de
airconditioner. Dit soort middelen kan namelijk brand veroorzaken.
• Stop de airconditioner alvorens te reinigen beslist en schakel de
circuitonderbreker uit. De ventilator rotereert namelijk met hoge snelheid in
de unit en u zou anders ongelukken kunnen krijgen.
• Laat het reinigen van de airconditioner over aan de plaats van aankoop. Het
verkeerd reinigen van de airconditioner kan plastic onderdelen beschadigen,
de isolatie van elektrische onderdelen of andere onderdelen beschadigen
en een onjuiste werking veroorzaken. In het ergste geval veroorzaakt dit
waterlekkage, elektrische schokken, rookontwikkeling of brand.
• Plaats geen vloeistoffen, bijvoorbeeld bloemenvazen op de unit. Er zou
anders namelijk water of vloeistof in de unit kunnen komen waardoor de
elektrische isolatie wordt aangetast met mogelijk elektrische schokken als
gevolg.
(*1) Zie "Definitie van bevoegd installateur of bevoegd
onderhoudsmonteur."
10-NL