Deel 2: configuratie
Belichtingsopties
● Doelversterking: geef de doelversterking voor de
belichtingscompensatie op. De belichting wordt
automatisch gecompenseerd op basis van de opgegeven
doelversterking. Hoe sterker de verhoging, hoe helderder de
beelden.
● Plaatselijke belichting: Activeer Plaatselijke belichting.
Gebruik Plaatselijke belichting voor beelden die te
donker overkomen door de achtergrondverlichting en
voor beelden die te sterk belichte delen bevatten. Hoe
groter de waarde, hoe helderder het beeld. Bijvoorbeeld:
donkere parkeergelegenheden en tankstations in de
avond bijvoorbeeld (Plaatselijke belichting compenseert
het heldere licht dat van de koplampen van oprijdende
voertuigen afkomt en maakt de nummerplaat zichtbaar).
● Anti-flikkeren: Als de verlichting in het gebied waar de
camera zich bevindt, gebruikmaakt van wisselspanning,
geeft u de frequentie van de verlichting op om het
flikkeren van het licht te minimaliseren. Als de frequenties
overeenkomen, kan het flikkeren helemaal verdwijnen.
(NTSC: 60Hz, PAL: 50Hz)
● Trage sluiter:: Activeer Trage sluiter. De modus Trage sluiter
functioneert alleen bij slechte belichtingsomstandigheden.
Als de modus Trage sluiter is ingeschakeld, worden
beelden helder weergegeven, zelfs bij slechte
belichtingsomstandigheden. De werking kan verschillen,
afhankelijk van het cameramodel. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de camera voor meer informatie.
● Focus-modus: dit wordt gebruikt om de
focusbewegingsindeling te wijzigen als Automatisch/
Handmatig/Semi-automatisch. Dit wordt mogelijk niet op
alle apparaten ondersteund.
● WDR: Schakelt de WDR (Wide Dynamic Range) in of uit. Als
er tegelijkertijd erg donkere en erg lichte gebieden op het
scherm aanwezig zijn, kunt u met WDR beide gebieden goed
onderscheiden.
50
● IRIS: Afhankelijk van het type camera kan de
gebruiker DC-IRIS of P-IRIS selecteren.
– DC IRIS
– UIT : Selecteer dit als een handmatige IRIS-lens
op de camera is gemonteerd.
– DC-IRIS (Automatisch): Als een DC-type
automatische IRIS-lens is gemonteerd, selecteert
u DC IRIS.
– P-IRIS
– P-IRIS (Automatisch) : Het systeem beoordeelt
de belichtingsomstandigheden en past de
opening van IRIS automatisch aan.
– P-IRIS (Vast): Gebruik de schuifregelaar om
de gewenste opening van IRIS te selecteren.
Selecteer de meest geschikte waarde voor de
belichting in het gebied waar de camera zich
bevindt.
● Sluitersnelheidsregeling: Pas de sluitersnelheid aan.
Deze optie is alleen beschikbaar als Anti-flikkeren en
Trage sluiter beide zijn ingesteld op Uit.
– Automatisch: Het systeem beoordeelt de
belichtingsomstandigheden en past de
sluitersnelheid automatisch aan.
– Handmatig: Gebruik de schuifregelaar om de
gewenste sluitertijd te selecteren. Selecteer de
meest geschikte minimale en maximale sluitertijd
voor de belichting in het gebied waar de camera
zich bevindt. (1/30 tot 1/8000)
Selecteer Toepassen nadat u een camera hebt
ingesteld om beelden van de betreffende camera
op de linkerkant van het scherm te bekijken. Als u
Toepassen of OK selecteert, wordt een pop-upvenster
weergegeven dat aangeeft of de camera goed is
ingesteld.