5 Voorbereiding
▪ Elektrische bedrading voorbereiden
5.2
Installatieplaats voorbereiden
Installeer de unit NIET op een plaats die vaak als werkplaats wordt
gebruikt. Wanneer bouwwerken (bijv. slijpwerk) worden uitgevoerd
waarbij veel stof wordt geproduceerd, MOET de unit worden
afgedekt.
Kies een installatieplaats met voldoende ruimte om de unit in en uit
de site te kunnen dragen.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld:
open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende
elektrische verwarming).
5.2.1
Vereisten inzake de plaats waar de
binnenunit geïnstalleerd wordt
INFORMATIE
Lees tevens de volgende vereisten:
▪ Algemene vereisten voor de installatieplaats. Zie
hoofdstuk "Algemene veiligheidsmaatregelen".
▪ Vereisten
voor
hoogteverschil). Zie ook verder in dit hoofdstuk over de
voorbereiding.
INFORMATIE
Het geluidsdrukniveau is lager dan 70 dBA.
VOORZICHTIG
Toestel niet toegankelijk voor iedereen; installeer het op
een beveiligde plaats die niet voor iedereen toegankelijk is.
Deze units, binnen- en buitenunit, zijn zowel geschikt voor
commerciële als kleinindustriële toepassingen.
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪ Plaatsen met nevels van mineraalolie, oliespray of dampen in de
lucht. Plastic onderdelen kunnen worden aangetast en van het
toestel vallen of waterlekken veroorzaken.
Het is NIET aangewezen de unit op de volgende plaatsen te
installeren, omdat deze plaatsen de levensduur van de unit kunnen
verkorten:
▪ Waar de spanning veel schommelt
▪ In voertuigen of schepen
▪ In de aanwezigheid van zuur- of alkalinedampen
OPMERKING
De in deze handleiding beschreven apparatuur kan
elektronische
ruis
radiofrequentie-energie.
specificaties die een redelijke bescherming moeten bieden
tegen dergelijke interferentie. De garantie dat in een
specifieke installatie geen interferentie zal optreden, kan
echter niet worden gegeven.
Het is dan ook aan te raden de apparatuur en elektrische
draden op een gepaste afstand van stereotoestellen, pc's,
enz. te installeren.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
10
de
koelmiddelleidingen
(lengte,
veroorzaken
afkomstig
De
apparatuur
voldoet
f
e
d
a
Aardlekbeveiliging
b
Zekering
c
Buitenunit
d
Binnenunit
e
Gebruikersinterface
f
Pc of radio
In plaatsen met een slechte ontvangst, moet de afstand 3 m of meer
bedragen om elektromagnetische storingen van andere apparatuur
te voorkomen en moeten de voedings- en transmissieleidingen in
kabelbuizen liggen.
▪ Fluorescentielampen. Let op de volgende punten voor de
installatie van een draadloze gebruikersinterface in een kamer
met fluorescentielampen:
▪ Installeer de draadloze gebruikersinterface zo dicht mogelijk bij
de binnenunit.
▪ Installeer
de
fluorescerentielampen.
▪ Zorg ervoor dat ingeval van een waterlek, het water geen schade
kan veroorzaken aan de installatieruimte en de omgeving.
▪ Kies een plaats waar de warme/koude lucht uit de unit of het
lawaai ervan NIEMAND stoort.
▪ Luchtstroom. Zorg ervoor dat de luchtstroom niet geblokkeerd
wordt.
▪ Afvoer. Zorg ervoor dat het condenswater goed kan worden
afgevoerd.
▪ Schemablad voor montage (bovenste deel van verpakking)
(accessoire). Gebruik het schemablad voor de keuze van de
installatieplaats. Op dit blad vindt u de afmetingen van de unit en
van de vereiste plafondopening.
▪ Luchtstroomrichtingen. U kunt verschillende richtingen kiezen
voor de luchtstroom. Kies de richting die het best geschikt is voor
de
kamer.
Controleer
"Luchtuitblaasrichting"
instellingen" op
pagina 19).
Voorbeeld:
a
3
2
4
2
1
a
Luchtuitblaas in alle richtingen
b
4-wegs luchtuitblaas (met gesloten hoeken) (optionele
afsluitplaatkit vereist)
van
c
3-wegs luchtuitblaas (optionele afsluitplaatkit vereist)
aan
▪ Plafondisolatie. Wanneer de temperatuur in het plafond hoger is
dan 30°C en er een relatieve vochtigheid van meer dan 80%
heerst, of wanneer er verse lucht in het plafond wordt geleid, is er
extra isolatie nodig (polyethyleenschuim met een dikte van
minstens 10 mm).
▪ Afstand. Let op de volgende vereisten:
a
b
c
(mm)
binnenunit
zo
ver
mogelijk
ook
of
de
lokale
juist
is
ingesteld
(zie
b
c
3
3
4
2
1
1
FCAHG71~140HVEB
Split-systeemairconditioners
4P561449-1 – 2018.12
van
de
instelling
"7.1 Lokale