5.4
Het toestel op een bestaande schoorsteen installeren
5.5
Inbedrijfstelling
7716075 - 003 - 15.01.2019
Het toestel kan op een bestaande schoorsteen geïnstalleerd worden.
1.
Zorg ervoor dat de schoorsteen schoon, bekleed en solide is.
1
A
2.
Gebruik niet het rookgasroutes van schoorsteen 1.
3.
Gebruik de rookgasroutes van schoorsteen 2 en schoorsteen 3.
4.
Kies een schoorsteen die gebruik maakt van de kortst mogelijke
route. De route van het rookkanaal moet continu naar de
dakdoorvoer oplopen. Gebruik geen schoorsteen met bochten van
90° die de richting van het rookkanaal veranderen.
Horizontale en zeer ondiepe rookkanaaltrajecten kunnen de
gasstroom hinderen. Dit kan een verhoogde lokale koeling tot gevolg
hebben.
5.
Plaats een verticaal rookkanaal van minimaal 600 mm (A)
rechtstreeks boven de trekonderbreker op alle schoorsteeninstallaties
met natuurlijke trek. Als het niet mogelijk is om deze afmeting te
gebruiken, neem dan contact op met Remeha.
5.5.1
De brander aansteken
Voorzichtig Voordat de brander wordt aangestoken, moet u ervoor
zorgen dat het voorraadvat volledig met water is gevuld en dat er
water uit alle warme kranen stroomt.
1.
Controleer of alle aansluitingen op de gasregelklep correct zijn
uitgevoerd.
2.
Open de gastoevoerklep.
3.
Test de verbindingen met lekzoekspray.
4.
Zorg dat de stroomvoorziening is ingeschakeld.
5.
Zorg dat de gastoevoer is ingeschakeld.
6.
Verander de temperatuurindeling, zie
wijzigen naar °F of °C
7.
Stel de gewenste temperatuur in.
8.
Indien van toepassing, zorg dat de tijdschakelaar is ingeschakeld.
Als de brander niet start, wordt een foutcode weergegeven op het
bedieningsdisplay.
2
3
De temperatuurindeling
op pagina 34.
5
Installatie
Remeha EBW
29