De geselecteerde opnamestand
wordt weergegeven op de
monitor (Hulpdisplay).
4
Kijk door de zoeker voor een
beeld van het onderwerp.
Als u een zoomobjectief gebruikt,
draait u de zoomring naar rechts
of links om de beeldhoek
te wijzigen.
5
Breng het onderwerp binnen
het AF-kader en druk 0
tot halverwege in.
6
Druk 0 volledig in.
De gemaakte opname wordt weergegeven op de monitor
(Momentcontrole).
Beschikbare handelingen tijdens momentcontrole
L
Wist het beeld.
Vergroot de opname.
V
Slaat de RAW-gegevens van de laatst
J
gemaakte JPEG-opname op.
Auto Picture
Auto Picture
2 5 0
2 5 0
1/
1/
5.6
5.6
F F
1
1 6 0 0
1 6 0 0
--
--
-- --
2
Scherpstelindicatie
Opnamen maken terwijl u de Live weergave-
opname bekijkt
Druk op K in Stap 4 van
"Opnamen maken met de
zoeker" (p.24).
De Live weergave wordt op
de monitor getoond.
Breng het onderwerp binnen
het AF-kader op de monitor
en druk 0 tot
halverwege in.
Beschikbare handelingen tijdens Live Weergave
Vergroot de opname.
E
Gebruik V om de vergroting te wijzigen
(tot 10×).
Gebruik ABCD om het gebied te wijzigen
dat moet worden weergegeven.
Druk op M om het weergavegebied naar het
midden terug te zetten.
Druk op E om terug te keren naar
de enkelbeeldweergave.
K
Sluit de instellingen van Live weergave af.
De volgende stappen zijn hetzelfde als bij opnamen maken
met de zoeker.
2000 F2.8
F2.8
1/
1/
2000
1600
1600
99999
99999
AF-kader
25