›
Werken met het meldingenpaneel
Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte
met pictogrammen en sleept u het naar beneden. U verbergt het
paneel weer door de onderkant van het paneel omhoog te slepen.
In het meldingenpaneel kunt u de huidige status van uw toestel
weergeven en de volgende opties gebruiken:
Wi-Fi: de Wi-Fi-functie in- en uitschakelen.
●
GPS: de GPS-functie in- en uitschakelen.
●
Melodie: de stille stand in- en uitschakelen. U kunt uw apparaat
●
dempen of instellen op trillen in de Stille stand.
Scherm-rotatie: toestaan of voorkomen dat het scherm draait
●
wanneer u het toestel draait.
Melding: meldingspictogrammen verbergen of weergeven.
●
Mobiele gegevens: schakel de gegevensverbinding in of uit.
●
Bluetooth: de Bluetooth-functie aan- en uitzetten.
●
Synchroniseren: het automatisch synchroniseren van
●
applicaties in- of uitschakelen.
Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
›
Een item verplaatsen op het startscherm
Blijf een item aanraken en sleep het
naar een nieuwe locatie.
►
Aan de slag
31
p. 106
►
p. 114
p. 112
►