Namen toegangspunten: een APN (access point name)
●
selecteren voor mobiele netwerken. U kunt APN's toevoegen
of bewerken. Als u de APN-instellingen wilt resetten naar de
fabrieksinstellingen, drukt u op de optietoets en selecteert u
Standaardinstellingen.
Netwerkmodus: hier selecteert u een type netwerk.
●
Netwerkoperators:
●
- Netwerken zoeken: een netwerk zoeken en selecteren.
- Automatisch selecteren: het toestel instellen om het eerste
beschikbare netwerk te selecteren.
Geluid
Hier kunt u de instellingen voor diverse geluiden op het toestel
configureren.
Stille stand: de stille stand activeren om het toestel te laten
●
trillen of alle geluiden te dempen behalve mediageluiden en
alarmtonen.
Volume: het volume voor diverse geluiden op het toestel
●
wijzigen.
Beltoon apparaat: een beltoon voor inkomende oproepen
●
selecteren.
Standaardmeldingen: een beltoon voor gebeurtenissen
●
selecteren, zoals nieuwe berichten en gemiste oproepen.
Geluid en trilling: instellen dat bij inkomende oproepen zowel
●
een beltoon als een trilsignaal wordt gebruikt.
Toetstonen: instellen dat het toestel een geluid laat horen
●
wanneer u nummers ingeeft op het belscherm.
Aanraakgeluiden: instellen dat het toestel een geluid laat horen
●
wanneer u een applicatie of optie selecteert.
Geluid schermvergrendeling: instellen dat het toestel een
●
geluid laat horen wanneer u het aanraakscherm vergrendelt en
ontgrendelt.
Instellingen
126