De computer opstarten met een wachtwoord
Als u al een wachtwoord hebt geregistreerd, is er één manier om de
computer op te starten:
■
Voer het wachtwoord handmatig in.
U hoeft het wachtwoord alleen in te voeren als de computer is
uitgeschakeld in de opstartmodus en de sluimerstand, niet in de
slaapstand.
U gaat als volgt te werk om een wachtwoord handmatig in te voeren:
1. Schakel de computer in volgens de aanwijzingen in hoofdstuk 3,
de
Wachtwoord [xxxxxxxx]
2. Voer het wachtwoord in.
3. Druk op Enter.
Als u het wachtwoord driemaal achtereen onjuist invoert, wordt de
computer afgesloten. U moet de computer opnieuw aanzetten en het
wachtwoord opnieuw typen.
Spaarstanden
De computer heeft de volgende spaarstanden:
■
Boot: in deze opstartmodus wordt de computer afgesloten zonder
gegevens op te slaan. Sla uw werk altijd op voordat u de computer
uitschakelt in de opstartmodus.
■
Hibernation: in deze slaapstand worden de gegevens in het geheugen
op de vaste schijf opgeslagen.
■
Sleep: in deze stand worden de gegevens bewaard in het
hoofdgeheugen van de computer.
Raadpleeg tevens het gedeelte De computer uitschakelen in hoofdstuk 3,
Aan de
Windows-hulpprogramma's
U kunt diverse instellingen configureren die in Energiebeheer aan de
slaapstand en sluimerstand in zijn gekoppeld. U opent dit via Start
Configuratiescherm
Sneltoetsen
U kunt de sneltoets FN + F3 gebruiken om de slaapstand in te schakelen of
FN + F4 voor de sluimerstand. Raadpleeg hoofdstuk 5,
voor meer informatie.
Gebruikershandleiding
slag. Het volgende bericht wordt weergegeven:
slag.
Systeem en beveiliging
Stroomvoorziening en spaarstanden
Energiebeheer.
Het
toetsenbord,
Aan
6-13