Tijdens een gesprek beschikbare opties
Microfoon uitschakelen
U kunt de microfoon tijdelijk uitschakelen, zodat de
persoon aan de andere kant van de lijn u niet kan
horen.
Voorbeeld: U wilt even iets zeggen tegen iemand
die bij u in de ruimte zit, zonder dat de
persoon met wie u aan het telefoneren
bent dat kan horen.
Zo zet u de microfoon tijdelijk uit:
1. Druk op de functietoets Opties .
2. Druk indien nodig op de toets
Micr. uit te markeren.
3. Druk op de functietoets OK .
De persoon aan de andere kant van de lijn kan u
nu niet meer horen.
Zo zet u de microfoon weer aan:
1. Druk op de functietoets Opties .
2. Druk indien nodig op de toets
Micr. aan te markeren.
3. Druk op de functietoets OK .
Nu kan de persoon met wie u verbonden bent u
weer horen.
50
om de optie
om de optie
Tijdens een gesprek beschikbare opties
Toetstonen in- en uitschakelen
Met deze opties bepaalt u of u bij het indrukken van
toetsen een toontje hoort. Als de optie DTMF uit is
gekozen, maakt uw telefoon geen geluid wanneer
een toets wordt ingedrukt. Op die manier hoort u
geen storende piepjes wanneer u tijdens een
gesprek toetsen indrukt.
Opmerking: Als u verbinding maakt met
antwoordapparaten of
computergestuurde telefoonsystemen
moet u de optie DTMF aan
selecteren.
Een nummer opzoeken in de
telefoonlijst
U kunt tijdens een gesprek een nummer in de
telefoonlijst opzoeken.
1. Druk op de functietoets Opties .
2. Druk op de toets
om de optie Telefoonlijst
te selecteren.
3. Druk op de functietoets OK .
U ziet nu een overzicht van de telefoonlijst,
gesorteerd op alfabetische volgorde.
4. U kunt nu door de lijst bladeren of de eerste
letters van de naam die u zoekt ingeven.
U gaat dan direct naar de eerste naam die
overeenstemt met de door u ingetoetste
beginletters. Deze naam is gemarkeerd.
5. Druk op de functietoets Kies om de
gemarkeerde naam te bekijken.
Zie pagina 33 voor meer informatie over de
telefoonlijst.
51