8
|
Installatie van de leidingen
Uitgebreide handleiding voor de installateur
94
INFORMATIE
De volgende afbeelding is slechts een voorbeeld en komt mogelijk NIET volledig
overeen met de lay-out van uw systeem.
65°C
a
b
d e
c
f
a Buitenunit
b Binnenunit
c Warmtewisselaar
d Ketel
e Omloopklep
f Pomp
g Afsluiter (ter plaatse te voorzien)
h Gemotoriseerde 3-wegklep (in optieskit)
i Verdeelstuk
j Tank voor warm tapwater (optie)
k Warmtewisselaarspoel
FCU1...3 Ventilatorconvector (optie)
RAD1...3 Radiator (ter plaatse te voorzien)
▪
Aftappen – Lage punten. Voorzie aftappunten op alle lage punten van de
installatie om het watercircuit volledig te kunnen aflaten.
▪
Aftappen – Overdrukveiligheidsklep. Zorg voor een geschikte afvoer voor de
veiligheidsklep om te vermijden dat water in contact komt met elektrische
onderdelen.
▪
Ontluchtingspunten. Voorzie ontluchtingspunten op alle hoge punten van de
installatie; deze punten moeten voor onderhoud gemakkelijk bereikbaar zijn. De
binnenunit is voorzien van een automatische ontluchting. Controleer of deze
ontluchtingsklep NIET te hard is vastgedraaid, zodat het watercircuit automatisch
ontlucht kan worden.
▪
Onderdelen met een zinklaag. Gebruik NOOIT onderdelen met een zinklaag in
het watercircuit. Aangezien het interne watercircuit in de unit uit koperen buizen
bestaat, kan anders overmatige corrosie optreden.
▪
Niet-koperen metalen leidingen. Wanneer ook niet-koperen metalen leidingen
gebruikt worden, isoleer dan elke koperen leiding goed van elke niet-koperen
leiding, zodat ze NIET met elkaar in contact kunnen komen. Dit, om galvanische
corrosie te vermijden.
▪
Afsluiter – De circuits van elkaar scheiden. Wanneer een 3-wegklep in het
watercircuit gebruikt wordt, zorg ervoor dat het warm tapwatercircuit en het
circuit van de vloerverwarming volledig gescheiden zijn.
95°C
g
h
FCU1
FCU2
i
M
g
RAD1 RAD2 RAD3
j
k
EVLQ05+08CA + EHYHBH05A + EHYHBH/X08A + EHYKOMB33AA
FCU3
89°C
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355634-1G – 2022.09