Inhoudsopgave
Advertenties
VAG, VAH
In bedrijf stellen
▷ Om de druk te bepalen, de slanglengte tijdens
het meten zo kort mogelijk houden.
VAD
Uitlaatdruk p
instellen
d
▷ De uitlaatdruk is bij levering ingesteld op p
10 mbar.
[mbar]
VAD..-25
2,5 – 25
VAD..-50
20 – 50
VAD..-100
35 – 100
1 Brander inschakelen.
_
▷ Het beluchtingsgat A moet open blijven.
De regelaar op de gewenste uitlaatdruk instellen.
+
,5 mm
N
mbar
_
2,5 mm
Na het instellen de meetnippel weer afsluiten.
VAG
p
= uitlaatdruk
d
p
= luchtstuurdruk
sa
▷ Fabriekswaarden: p
positie van de aandrijving boven en 20 mbar
(7,8 "WC) inlaatdruk.
1 Brander inschakelen.
Minimale capaciteit instellen
▷ Bij toepassingen met luchtovermaat mogen de
min.-waarden voor p
worden, zie Technische gegevens, pagina 16
(VAG). Maar er mag geen veiligheidskritieke situ-
atie ontstaan. CO-vorming voorkomen.
De regelaar op de gewenste uitlaatdruk instellen.
_
+
2,5 mm
Na het instellen de meetnippel weer afsluiten.
p
d
["WC]
1 – 10
8 – 19,7
14 – 40
0 -1,5
+1,5
+3
-3
p
d
0
+5
-5
+
–
A
+
= p
- 1,5 mbar (0,6 "WC);
d
sa
en p
onderschreden
d
sa
p
d
p
sa
VAV
Volle capaciteit instellen
▷ Het instellen van de volle capaciteit gebeurt
d.m.v. restrictie-elementen of instelelementen
op de brander.
VAV
p
= uitlaatdruk
d
=
p
= luchtstuurdruk
d
sa
p
= vuurhaardstuurdruk
sc
Minimale capaciteit instellen
▷ Bij min. capaciteit van de brander kan het gas-
lucht-mengsel worden veranderd door het jus-
teren van de stelschroef "N".
,5 mm
-1,5
OPGELET
p
- p
≥ 0,4 mbar (≥ 0,15 "WC).
sa
sc
Insteltijd voor de leidende grootte (luchtklep):
min. tot max. > 5 s, max. tot min. > 5 s.
▷ Fabriekswaarden overbrengingsverhouding van
gas t.o.v. lucht: V = 1:1, nulpunt N = 0.
Voorinstelling
1 Nulpunt N en overbrengingsverhouding V over-
eenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant van
de brander met behulp van de schaal instellen.
Gasdruk p
0
Brander bij minimale capaciteit starten. Als de
brander niet gaat werken, dan N iets in de rich-
ting + draaien en de start herhalen.
0
4 De brander zoveel mogelijk trapsgewijs op volle
capaciteit instellen en indien nodig de gasdruk
op V aanpassen.
5 Minimaal en maximaal vermogen op de luchtklep
instellen, overeenkomstig de aanwijzingen van
de fabrikant van de brander.
NL-9
_
+
N
V
0 +0,5
1
-0,5
-1
+1
+1,5
0,6
–
+
–
+
mbar
meten.
d
p
d
p
sc
p
sa
1,5
2
3
0
0
0
Advertenties
Inhoudsopgave
