Installatie
Aansluitingen luchttoevoer/rookgasafvoer
Installatievarianten voor meerdere ketels
De keuze voor een collectieve
rookgasafvoer wordt bepaald door:
-
de positie van de ketels ten opzichte
van hun uitmondingsgebied;
-
voldoende ruimte boven de ketels;
-
groot aantal ketels.
U kunt kiezen voor:
-
Collectieve rookgasafvoer met
onderdruk
-
Collectieve rookgasafvoer met overdruk
In heel wat gevallen kunnen de rookgassen
niet individueel worden afgevoerd omdat
de installatie zich binnen bevindt. Voor die
Ketelcategorie: C
Alleen toegestaan
wanneer de luchtinlaat
en de rookgasuitlaat zich
in hetzelfde drukgebied
bevinden
gevallen raden wij een collectieve afvoer
door middel van onderdruk of overdruk
aan door gebruik te maken van een
collectief rookgasuitlaatsysteem. Ook de
luchttoevoer kan collectief worden voorzien,
maar als de stookruimte daartoe geschikt
is, kan de lucht ook uit deze ruimte worden
gehaald ("open apparaat" categorie B).
Indien u een gemeenschappelijke afvoer
installeert om verbrandingslucht naar meer
dan één apparaat te brengen, bestaat
het risico dat er verbrandingslucht wordt
aangetrokken van een naburig apparaat.
Ketelcategorie: B
Uitlaatgebied 1
(Vrij uitlaatgebied)
Deze kan dan onderhevig zijn aan een
negatieve druk.
In geval van collectieve afvoer van
de rookgassen moet de uitlaat
altijd uitkomen in het open gebied
(uitlaatgebied 1).
ATAG kan een collectief
rookgasuitlaatsysteem voor de ATAG
XLF leveren. Raadpleeg de volgende
hoofdstukken voor de verschillende
mogelijkheden en voor de maximale
lengtes die kunnen worden gebruikt.
35
NL