3.3
Gebruik van hijsmiddelen
3.4
Opslag
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-EMU TR/TRE 216 ... 326-3
Transport en opslag
Als hijsmiddelen (opvoerinrichting, kraan, kettingtakel ...) worden gebruikt, moet wor-
den voldaan aan de volgende eisen:
ƒ
Veiligheidshelm conform EN 397 dragen!
ƒ
Lokale voorschriften met betrekking tot het gebruik van hijsmiddelen naleven.
ƒ
De eindgebruiker is ervoor verantwoordelijk dat de hijsmiddelen in vaktechnisch op-
zicht correct worden gebruikt!
ƒ
Bevestigingsmiddelen
–
Gebruik wettelijk voorgeschreven en goedgekeurde bevestigingsmiddelen.
–
Kies de bevestigingsmiddelen op basis van het bevestigingspunt.
–
Bevestig de bevestigingsmiddelen conform de lokale voorschriften aan het be-
vestigingspunt.
ƒ
Hijsmiddelen
–
Controleer voor gebruik of de hijsmiddelen goed functioneren!
–
Zorg voor voldoende draagvermogen.
–
Zorg ervoor dat de stabiliteit tijdens het gebruik is gewaarborgd.
ƒ
Hijsen
–
Zorg ervoor dat het product bij het hijsen en neerlaten niet klem komt te zitten.
–
Het maximaal toegestane draagvermogen mag niet worden overschreden!
–
Zo nodig (bijv. bij belemmerd zicht) moet een tweede persoon voor de coördina-
tie zorgen.
–
Geen personen onder een gehesen last!
–
De last mag niet over werkplekken worden gevoerd, waar zich personen bevin-
den!
GEVAAR
Gevaar door gezondheidsschadelijke media!
Gevaar van een bacteriële infectie!
• Desinfecteer het roerwerk na de demontage!
• Neem de informatie in het interne reglement in acht!
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door scherpe randen!
Op de propellervleugels kunnen scherpe kanten ontstaan. Er bestaat gevaar voor
snijletsel!
• Draag veiligheidshandschoenen!
nl
11